Nederlands
9.10. Functies
9.10.1 Storingmeldcontact ventilator
Elke motor bezit een storingmeldcontact dat bij ingeschakelde ventilatorfunctie is gesloten. Het toe-
stel wordt bij het openen van het contact uitgeschakeld. Na het verhelpen van de storing (zie 14.2.
Foutentabel) kan het apparaat weer in gebruik worden genomen.
Als er bij de ventilatoren of EC-controller een storing optreedt, wordt het apparaat uitgeschakeld en
een foutmelding getoond. Om de EC-controller te resetten moet de stroomtoevoer door de hoofd-
schakelaar gedurende minstens 20 seconden worden onderbroken.
9.10.2 Warmwaterbatterij
Het vermogen van een externe warmwaterbatterij wordt traploos geregeld m.b.v. de verwarmings-
klep. Als er sprake is van een verwarmingsvraag, wordt de verwarmingsklep geopend en gelijktijdig
de uitgang voor een externe circulatiepomp geactiveerd. Een geïnstalleerde naverwarmer wordt met
een temperatuurbewaker of een optionele antivriesthermostaat beschermd tegen bevriezing. Daalt
de toevoertemperatuur onder de vorstbeveiligingstemperatuur, dan worden de kleppen gesloten,
de circulatiepomp gaat over op continubedrijf, het verwarmingsventiel wordt geopend en er wordt
een storingsmelding gegeven. Het apparaat schakelt automatisch op "VOORSPOELEN" totdat door
verwarming de gewenste bedrijfstemperatuur weer is bereikt. Daarna wordt het apparaat weer au-
tomatisch ingeschakeld. Als de gewenste bedrijfstemperatuur na ca. 20 minuten nog niet is bereikt,
verschijnt er een storingsmelding op het display. Het apparaat wordt dan volledig uitgeschakeld
totdat de storing is verholpen (zie 14.2. Foutentabel F07).
9.10.3 Uitvoering met elektrische warmtewisselaar
De toestelserie kan optioneel met elektroverwarmingsregister EHM worden uitgerust.
Zie beschrijving EHM-module!
10. Onderhoud en reparaties
10.1. Belangrijke tips
• Waarschuwing voor gevaarlijke elektrische spanning!
» Het veronachtzamen van gevaar kan leiden tot materiële schade, verwondingen of de dood.
→ Voor alle werkzaamheden aan stroomvoerende delen moet het toestel altijd volledig span-
ningsvrij geschakeld worden en moet het beveiligd worden tegen opnieuw inschakelen!
• Nooit in het loopwiel en andere roterende en bewegende onderdelen grijpen!
» Het niet in acht nemen van het gevaar kan tot zware letstels leiden.
→ Werken mogenpas na volledige stilstand van het loopwiel uitgevoerd worden!
• Voorzichtig! Spanningsgevraar!
» Het niet attent zijn op mogelijke gevaarlijke situaties kan leiden tot de dood, verwon-
dingen of materiële schade.
→ Raak het oppervlak pas aan na afkoeling van de motor en de verwarming!
Onderhoud en reparaties mogen enkel door vakpersoneel met inachtname van de montage -en
gebruikshandleiding en de geldende voorschriften uitgevoerd worden.
Defekte of beschadigde toestellen mogen niet zelf worden onderhouden maar de schade respectie-
velijk de storing moeten schriftelijk bij de producent gemeld worden.
•
Bij zelf uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden bestaat er gevaar voor materiële
schade of persoonlijk letsel, bovendien vervallen de fabrieksgarantie en de produc-
taansprakelijkheid.
www.ruck.eu
37