-
Als de afstelling correct is, draait u de schroeven
langzaam aan om de positie niet te verliezen.
-
Trek de remhendel aan die overeenkomt met de
remklauw die u zojuist hebt afgesteld en laat hem
vervolgens los.
-
Controleer de uitlijning visueel (foto #1 / p39)
-
Herhaal de procedure als dit niet optimaal is.
-
Laat de assistent aan het wiel draaien als de
uitlijning zichtbaar is. Het wiel moet draaien zonder
te forceren of geluid te maken tijdens de rotaties.
39
Page