8
Inbedrijfstelling
OPMERKING
Laat de unit ALTIJD werken met de thermistoren en/of
druksensoren/-schakelaars. Zo NIET kan de compressor
vuur vatten.
OPMERKING
Zorg
ervoor
dat
ruimteverwarmingscircuit gevuld zijn voordat u de unit
onder spanning zet.
Als deze niet gevuld zijn voordat de spanning wordt
aangesloten en wanneer Noodbedrijf actief is, kan de
zekering van de back-upverwarming springen. Vul dus
zeker de unit om ervoor te zorgen dat de back-
upverwarming niet defect raakt.
INFORMATIE
Beschermende functies - "Installateur ter plaatse"-
stand. De software is uitgerust met beschermende
functies, zoals vorstbescherming voor de kamer. De unit
voert deze functies automatisch uit wanneer dat nodig is.
Tijdens installatie- of servicewerkzaamheden is dit gedrag
ongewenst. Daarom kunnen de beschermende functies
worden uitgeschakeld:
▪ Bij eerste keer inschakelen: de beschermende
functies zijn standaard uitgeschakeld. Na 36 uur
worden ze automatisch ingeschakeld.
▪ Daarna: Een installateur kan de beschermende
functies handmatig uitschakelen door [9.G] in te stellen:
Bescherming uitschakelen=Ja. Wanneer hij klaar is,
kan hij de beschermende functies inschakelen door
[9.G] in te stellen: Bescherming uitschakelen=Nee.
functies" [ 4 28].
Zie ook
"Beschermende
8.1
Controlelijst voor de
inbedrijfstelling
1 Controleer na de installatie van de unit de hierna vermelde
punten.
2 Sluit de unit.
3 Schakel de unit in.
U
leest
de
volledige
beschreven in de uitgebreide handleiding voor de
installateur.
De binnenunit moet juist gemonteerd zijn.
EGSAH/X06+10D
Daikin Altherma 3 GEO
4P569811-1E – 2023.02
de
warmtapwatertank
en
installatie-instructies,
zoals
De volgende ter plaatse te voorziene bedradingen
werden gelegd conform dit document en de geldende
wetgeving:
▪ Tussen het ter plaatse te voorzien paneel en de
binnenunit
▪ Tussen de binnenunit en de kranen en kleppen (indien
van toepassing)
▪ Tussen de binnenunit en de kamerthermostaat (indien
het
van toepassing)
Het systeem is correct geaard en de aardingsklemmen
zijn vastgedraaid.
De zekeringen of lokaal geïnstalleerde beveiligingen zijn
overeenkomstig dit document geïnstalleerd en zijn NIET
overbrugd.
De voedingsspanning stemt overeen met de spanning
op het identificatieplaatje van de unit.
Er zijn GEEN losse aansluitingen of verbindingen of
beschadigde elektrische onderdelen in de schakelkast.
Er zijn GEEN beschadigde onderdelen of buizen die
tegen de binnenkant van de binnenunit gedrukt worden.
Stroomonderbreker F1B van de back-upverwarming
(ter plaatse te voorzien) is INgeschakeld.
De juiste buismaten werden geplaatst en de leidingen
zijn goed en op de juiste manier geïsoleerd.
Er zijn GEEN water- en/of pekellekkages in de
binnenunit.
Er zijn geen geursporen van de gebruikte pekel
merkbaar.
Het ontluchtingsventiel staat open (minstens 2 draaien).
De volgende ter plaatse te voorziene leidingen op de
koudwaterinlaat van de WTW-tank zijn geïnstalleerd in
overeenstemming met dit document en de geldende
wetgeving:
▪ Terugslagklep
▪ Drukregelaar
▪ Drukveiligheidsklep (sproeit schoon water als hij
geopend wordt)
▪ Vergaarbak
▪ Expansievat
De
drukveiligheidsklep
sproeit water als hij geopend wordt. Er MOET schoon
water eruit komen.
De afsluiters zijn op de juiste manier gemonteerd en
staan volledig open.
De warmtapwatertank is volledig gevuld.
Het pekelcircuit en het watercircuit zijn correct gevuld.
OPMERKING
Wanneer het pekelcircuit niet klaar is voor gebruik kan het
systeem in de stand Compressor gedwongen uit worden
gezet. Om dit te doen, zet [9.5.2]=1 (Compressor
gedwongen uit = geactiveerd).
De back-upverwarming zorgt dan voor ruimteverwarming
en warm tapwater. Koeling is NIET mogelijk wanneer deze
stand actief is. Elke inbedrijfstelling waarin het pekelcircuit
op een of andere manier wordt gebruikt, kan NIET worden
uitgevoerd zolang het pekelcircuit niet gevuld is en
Compressor gedwongen uit gedeactiveerd wordt.
8 Inbedrijfstelling
(ruimteverwarmingscircuit)
Installatiehandleiding
37