Vetfilter in de vaatwasser reinigen
Leg het vetfilter plat of iets schuin in
het boven- of onderrek. Let erop dat
de sproeiarm vrij kan bewegen.
Gebruik een reinigingsmiddel dat ge-
schikt is voor huishoudelijk gebruik.
Kies een programma met een tempe-
ratuur tussen 50 °C en 65 °C.
Bij reiniging in de vaatwasser kunnen
sommige reinigingsmiddelen blijvende
verkleuringen veroorzaken op de filter-
oppervlakken van het vetfilter. Deze
verkleuringen hebben geen nadelig ef-
fect op de werking van het vetfilter.
Na het reinigen
Leg het vetfilter na het reinigen nog
een tijdje op een vochtopnemende
onderlaag te drogen.
Maak voordat u het filter terugzet die
delen van de ommanteling schoon
waar u bij kunt komen. Daarmee
voorkomt u brand.
Als u het vetfilter terugplaatst, haakt u
het veiligheidspalletje in het vetfilter.
Plaats het vetfilter en druk het in het
midden omhoog totdat de afsluiting
vastklikt.
Bedrijfsurenteller vetfilter resetten
Na de reiniging moet de bedrijfsurentel-
ler via de toetsen op de afzuigkap wor-
den gereset.
Controleer of de afzuiging aan is en
druk dan ca. 3 seconden op de toets
Bedrijfsuren , totdat alleen
stand 1 knippert.
Het vetfiltersymbool gaat uit.
Reiniging en onderhoud
Vetfilter reinigen vóórdat het ingestelde
aantal uren is verstreken:
Druk ca. 6 seconden op de toets Be-
drijfsuren , totdat alleen stand 1
knippert.
35