Aansluiten op een computer
3 3.3
Interfaces uit de Studio-serie gebruiken met populaire audiotoepassingen
Apple Logic Pro/Express 7+:
Avid ProTools 9+
Cakewalk-sonar 6+
1. Start Logic Pro/Express.
2. Ga naar Logica | Voorkeuren | Audio.
3. Klik op het tabblad Apparaten.
4. Op het tabblad Kernaudio vinkt u Ingeschakeld aan.
5. Selecteer uw Studio-serie-interface in het apparaatmenu.
6. U wordt gevraagd of u Logic opnieuw wilt starten. Klik op 'probeer (opnieuw) te starten'.
7. Uw interface uit de Studio-serie is voorzien van aangepaste I/O-labels voor een snellere workflow.
Om deze labels in te schakelen voor gebruik in Logic, ga naar Opties | Geluid | I/O-labels.
8. De tweede kolom in het pop-upvenster krijgt een naam
"Verzorgd door chauffeur." Activeer elk van deze labels voor uw Studio-serie-
interface. Wanneer u klaar bent, sluit u dit venster.
9. U bent nu klaar om uw Studio-serie-interface te gebruiken.
1. Start ProTools.
2. Ga naar Instellingen | Hardware en selecteer uw Studio-serie-interface
in de lijst Randapparatuur. Klik OK.
3. Ga naar Instellingen | Playback Engine en selecteer uw Studio-serie-interface
in het menu bovenaan het venster. Klik OK.
1. Start Sonar.
2. Ga naar Opties | Audio... en klik op het tabblad Geavanceerd.
3. Wijzig de stuurprogrammamodus in 'ASIO'.
4. Klik op de knop "OK".
5. Start Sonar opnieuw.
6. Ga naar Opties | Audio... en klik op het tabblad Stuurprogramma's.
7. Markeer alle invoer- en uitvoerstuurprogramma's, beginnend
met uw productnaam uit de Studio-serie.
8. Ga naar Opties | Audio... en klik op het tabblad Algemeen.
9. Stel de Playback Timing Master in op "[Model uit de Studio-serie] ...
10. Stel de Recording Timing Master in op "[Model uit de Studio-serie] ...
STUDIO26c en STUDIO68c
Gebruikershandleiding
DAW-uit 1."
DAW-uit 2."
14