Aansluiten op een computer
3 3.2
Installatie voor macOS
Installatie voor macOS
3.2
3.3 Interfaces uit de Studio-serie gebruiken met populaire audiotoepassingen
Steinberg Cubase 4+
Ableton Live 5+
terwijl Studio One zal luisteren op Uitgangen 1/2 om van op te nemen. Het gelijktijdig luisteren
naar en monitoren van Uitgangen 1/2 zal een problematische feedbacklus creëren.
1. Selecteer eerst Uitgangen 1/2 als de audio-uitgangen in de toepassing waarvan
u wilt opnemen. (Skype, Chrome, enz.)
2. Selecteer Outputs 3/4 als de audio-uitgangen in Studio One,
waarin u opneemt.
3. Selecteer Virtual In 1/2 of Input 1/2 als ingangsbron voor een stereotrack in Studio One.
4. Zorg ervoor dat uw hoofdtelefoon of monitor is aangesloten op de fysieke
uitgangen 3/4 aan de achterkant van uw interface.
5. Stel uw hoofduitgangskanaal in Studio One in op Outs 3/4. (De
standaardinstelling is meestal 1/2.)
Uw interface uit de Studio-serie is een klasse-compatibel Core Audio-apparaat in macOS.
Voor elk apparaat uit de Studio-serie is geen stuurprogramma-installatie nodig.
Tip voor hoofdgebruikers: Wanneer de installatie is voltooid, vindt u de Universal Control-
toepassing in uw map Programma's. Vanuit deze applicatie kunt u UC Surface starten.
Het wordt aanbevolen dat u dit in uw Dock plaatst, zodat u er gemakkelijk bij kunt.
Volledige installatie-instructies voor Studio One Artist en een korte tutorial over de functies ervan
vindt u in hoofdstuk 4 van deze handleiding. U kunt uw interface uit de Studio-serie echter gebruiken
met elke audio-opnametoepassing die Core Audio of ASIO ondersteunt. Raadpleeg de
documentatie bij uw audiotoepassing voor specifieke instructies over hoe u het
interfacestuurprogramma uit de Studio-serie kunt selecteren als stuurprogramma voor het
audioapparaat voor uw software.
Hieronder vindt u basisinstructies voor het installeren van het stuurprogramma voor een aantal populaire audiotoepassingen.
1. Start Cubase.
2. Ga naar Apparaten | Apparaat set up.
3. Selecteer "VST Audio System" in de kolom Apparaten in Apparaatinstellingen.
4. Selecteer uw Studio-serie-interface in de vervolgkeuzelijst ASIO Driver.
5. Klik op "Overschakelen" om het stuurprogramma uit de Studio-serie te gaan gebruiken.
6. Nadat u het stuurprogramma succesvol hebt gewijzigd, gaat u naar Apparaten |
VST-verbindingen om uw invoer- en uitvoerbussen in te schakelen.
1. Start Ableton Live.
2. Ga naar Opties | Voorkeuren | Audio.
3. Kies stuurprogrammatype: ASIO | Audioapparaat: ASIO [Studio-serie interface]
4. Ga naar Ingangsconfiguratie: Inschakelen en selecteer de gewenste ingangskanalen.
5. Ga naar Output Config: Enable en selecteer de gewenste uitgangskanalen.
6. U kunt nu de interface-ingangen en -uitgangen uit de Studio-serie
selecteren voor elke track die in Live is gemaakt.
STUDIO26c en STUDIO68c
Gebruikershandleiding
13