13 Handmatige tijdinstelling en andere door de
gebruiker gedefinieerde instellingen
1. Druk gedurende ca. 3 seconden op de toets Settings/Brightness om de instellingsmodus te ope-
nen.
2. De in te stellen cijfers knipperen.
3. Druk op de UP/CH-toets of de DOWN/WIFI-toets om de instelling te wijzigen.
4. Druk op de toets Settings/Brightness om te bevestigen en naar de volgende instelling te gaan.
5. Volgorde van de instellingen: Temperatuureenheid (°C of °F) > Luchtdrukeenheid (hPa of mb) >
Windsnelheidseenheid (km/h of mph) > 12 of 24 uurmodus > Tijdzone (-12 tot +12 uur) > Uren >
Minuten > Datumweergave (M/D of D/M) > Jaar > Maand > Dag > Taal van de weekdaginformatie
6. Druk ten slotte op de toets Settings/Brightness om de instellingen op te slaan en de instellingsmo-
dus te verlaten.
INSTRUCTIE! Als er binnen 20 seconden geen instelling wordt gemaakt, worden alle tot dan toe
gemaakte instellingen opgeslagen en schakelt het basisstation terug naar de normale weergave-
modus. Voor het handmatig instellen van de tijd moet de Wi-Fi-verbinding worden verbroken.
14 Alarm instellen
1. Druk op de alarmtoets om de alarmtijd weer te geven.
2. Druk gedurende ca. 2 seconden op de ALARM-knop om de instelmodus voor de alarmtijd te ope-
nen.
3. De in te stellen cijfers knipperen.
4. Druk op de UP/CH-toets of de DOWN/WIFI-toets om de instelling te wijzigen.
5. Druk op de alarm-knop om de instelling te bevestigen en naar de volgende instelling over te scha-
kelen.
6. Volgorde van de instellingen: Uren > Minuten > Snooze-interval (5 tot 60 minuten of UIT)
7. Druk tenslotte op de SET-knop om de instellingen op te slaan en de instelmodus te verlaten.
8. Zet de alarmschuif in de positie
LCD-scherm. Het alarm is ingeschakeld.
9. Verplaats de alarmschuif naar de positie
niet meer weergegeven. Het alarm is uitgeschakeld.
15 Snooze-functie
1. Wanneer het alarm afgaat, drukt u op de SNOOZE/LIGHT-knop om de sluimerfunctie te activeren.
Na afloop van het ingestelde tijdsinterval gaat het alarm weer af (zie "Alarminstelling").
2. Wanneer het alarm afgaat, drukt u op een andere knop om het alarm uit te schakelen totdat de
alarmtijd weer wordt bereikt.
3. Als er geen toets wordt ingedrukt, wordt het alarm na 2 minuten automatisch uitgeschakeld.
INSTRUCTIE! Als 'UIT' is geselecteerd voor het sluimerinterval in de alarmtijdinstellingen, is de
sluimerfunctie niet beschikbaar.
16 Automatische ontvangst van de metingen
Zodra de voeding is ingeschakeld, geeft het basisstation de meetwaarden weer. Metingen van de
draadloze sensor worden binnen 3 minuten na het inschakelen van de sensor weergegeven.
14 / 20
om het alarm in te schakelen. Het symbool
om het alarm uit te schakelen. Het symbool
verschijnt op het
wordt