3. Kies de gewenste maaihoogte (1–9) met de
maaihoogtestang.
Om een gelijkmatige maaihoogte te krijgen is het
belangrijk dat de luchtdruk in de beide
voorwielen gelijk is (60 kPa/8.5 PSI).
4. Druk de vergrendelknop op de hefstang in en
laat het maaidek zakken.
BELANGRIJKE INFORMATIE
De levensduur van de aandrijfriemen
wordt aanzienlijk vergroot wanneer de
motor een laag toerental heeft wanneer de
messen ingeschakeld worden. Geef
daarom pas gas wanneer het maaidek in
maaidek staat.
Maaitips
•
Zoek stenen en andere vaste voorwerpen op en
markeer ze om een aanrijding te voorkomen.
•
Begin met hoge maaihoogte en laat deze
minder worden tot het gewenste maairesultaat
bereikt is.
•
Het maairesultaat wordt het best met een hoog
motortoerental (de messen draaien snel) en
lage snelheid (de grasmaaier beweegt
langzaam). Als het gras niet te lang en te dicht
is, kunt u de rijsnelheid verhogen zonder dat het
maairesultaat merkbaar verslechtert.
Maaipatroon
22
– Nederlands
GEBRUIK
•
U krijgt het mooiste gazon door het vaak te
maaien. Het maaien wordt gelijkmatiger en het
gemaaide gras wordt gelijkmatiger over het
oppervlak verdeeld. De totale tijdsbesteding
wordt niet groter omdat u een hogere rijsnelheid
kunt kiezen zonder dat het maairesultaat
slechter wordt.
•
Vermijd het een natte grasmat te maaien. Het
maairesultaat wordt slechter omdat de wielen in
het natte gazon zakken.
•
Spoel het maaidek aan de onderkant met water
af na ieder gebruik, gebruik geen hoge
drukspuit. Het maaidek moet dan in
servicestand gezet worden.
•
Wanneer u een mulchmaaidek gebruikt, komt
het extra nauw dat het maai-interval niet te lang
is.
WAARSCHUWING!
Haal stenen en andere
voorwerpen die door de messen
weggeslingerd kunnen worden
van het gazon.
8009-251
8009-250