Displays:
Het display rechts toont de vooringestelde lasstroom (in
ampère) voor het lassen en de feitelijke lasstroom tijdens
het lassen. De linkermeter op het display toont de
spanning (in volt) bij de uitgangskabels.
Een knipperende stip op beide displays geeft aan dat het
display de gemiddelde waarde van de vorige lashandeling
weergeeft. Deze gemiddelde waarde blijft 5 seconden
zichtbaar na elke las.
Als er een afstandsbediening is aangesloten (zoals
aangeduid met het betreffende lampje), dan geeft het
display links (A) de ingestelde en feitelijke lasstroom aan,
zoals beschreven in de bovenstaande beschrijving
getiteld 'Lampje afstandsbediening'.
De displays worden gebruikt om tijdens het instellen van
parameters de naam en de waarde ervan aan te geven.
Ze worden ook gebruikt voor menuaanduiding en het
weergeven van foutcodes.
Geheugenselectie:
Met de functie Geheugen kan de gebruiker tot
9 specifieke lasprocedures opslaan. De knop Geheugen
heeft twee functies:
1. Geheugeninstellingen opslaan.
2. Geheugeninstellingen oproepen.
Geheugenfuncties kiezen: Als de gebruiker op de
geheugenknop drukt, kan de gebruiker afwisselend kiezen
tussen
een
geheugeninstelling
geheugeninstelling "oproepen", of werken zonder een
geheugeninstelling te gebruiken.
1. 1 keer op het pictogram "M" drukken, pictogram
OPSLAAN aan.
2. 2 keer op het pictogram "M" drukken, pictogram
OPROEPEN aan.
3. Als u 3 keer op het pictogram drukt, gaat het display
uit.
Geheugeninstellingen bewaren:
Wanneer u de procesinstellingen wilt opslaan in een
geheugen, moet u eerst op de knop Geheugen drukken,
zodat het pictogram Opslaan in geheugen brandt. Als het
lampje brandt, knippert het nummer op het scherm om
aan te geven dat dit nummer kan worden veranderd door
de regelknop er onder te draaien en de knoppen voor de
spanning en de stroomsterkte "MEM SET" aangeven. Als
het gewenste geheugen met behulp van de regelknop is
gekozen, dan slaat u de instellingen daar op door de
geheugenknop 3 seconden ingedrukt te houden. Tijdens
die 3 seconden knippert het pictogram voor Opslaan in
het geheugen. Na 3 seconden geven de displays aan:
"MEM SAVE".
Nederlands
"opslaan"
en
een
13
BEDIENING:
1.) Druk op de knop Geheugen om het pictogram voor
"Opslaan in geheugen" te laten branden;
2.) Draai de Regelknop om een geheugen te kiezen;
3.) Houd de geheugenknop 3 seconden ingedrukt.
Geheugeninstellingen oproepen:
Wanneer u de procesinstellingen wilt oproepen, moet u
eerst op de knop Geheugen drukken, zodat het pictogram
"Oproepen uit geheugen" brandt. Als het brandt, knippert
het nummer op het scherm om aan te geven dat dit
nummer kan worden veranderd door de regelknop
eronder te draaien en de knoppen voor de spanning en de
stroomsterkte "MEM RECL" geven aan. Als u het
gewenste geheugen hebt gekozen met behulp van de
regelknop, dan moet u de geheugenknop 3 seconden
ingedrukt houden. Tijdens die 3 seconden knippert het
pictogram voor "Oproepen uit geheugen". Na 3 seconden
geven de displays aan: "RECL MEM".
BEDIENING:
1.) Druk op de knop Geheugen om het pictogram voor
"Oproepen uit geheugen" te laten branden.
2.) Draai de Regelknop om een geheugen te kiezen.
3.) Houd de geheugenknop 3 seconden ingedrukt.
Menu:
Met deze eenheid kan een geavanceerde instelling
worden ingesteld die in 3 menu's is verdeeld:
1.) Houd
5 seconden ingedrukt om het instelmenu
"GTAW" te openen.
2.) Houd
5 seconden ingedrukt om het instelmenu
"SMAW" te openen.
3.) Houd
+
5 seconden ingedrukt om instelmenu
"SYS" te openen.
4.) Wanneer u een van de drie menu's, "GTAW",
"SMAW" of "SYS" hebt geopend, dan kunt u verder
gaan door te drukken op
En u gaat terug door te drukken op
5.) U kunt menuonderdelen wijzigen met de regelknop
.
6.) Wanneer u een optie hebt gewijzigd, kunt u dit
opslaan met
of
7.) U kunt elk menu verlaten door te drukken op
.
Nederlands