Montage op steunen
Als meerdere collectoren achter elkaar opgesteld
worden, moet schaduwvorming vermeden worden.
Tussen de rijen een afstand z aanhouden.
1. Hoek
van de stand van de zon op 21 december
β
(kortste dag) 's middags bepalen.
In Nederland ligt die hoek afhankelijk van de
breedtegraad tussen 13,4° (Groningen) en 15,6°
(Maastricht).
Voorbeeld:
Amsterdam ligt ongeveer op 52,3° noordelijke
breedte. In het noordelijke halfrond wordt deze
waarde van een vaste hoek van 66,5° afgetrokken:
= 66,5°
50° = 16,5°
β
−
h
α
z
z
sin (180°– (α+β))
=
h
sin β
2241 mm · sin (180°– 59,3°)
z =
sin 14,3°
z =
7801 mm
Afb. 62
z Afstand van de correctorrijen
h Collectorhoogte
Inclinatiehoek collector
α
Hoek van de stand van de zon
β
Montage-instructies
De collectorsteunen voor hellingshoek
■
60° zijn vooraf gemonteerd met schroeven, schijven,
moeren en klemblokjes.
■
Maximaal optredende belasting en afstand tot de
dakrand voor onderbouw door installateur volgens
DIN EN 1991 in acht nemen.
Kiezels en dergelijke van het oppervlak verwijderen.
■
Oppervlak met beschermende bouwmatten bedek-
ken en daarop steunpunten plaatsen (zie volgende
afbeeldingen).
Collectorsteunen met vaste hellingshoek
De collectorsteunen voor hellingshoek
60° zijn vooraf gemonteerd met schroeven, schijven,
moeren en klemblokjes.
48
h
α
β
25°, 45° en
α
25°, 45° en
α
2. Maat z berekenen:
h = 2241 mm
= 45°
α
= 16,5°
β
Collectorveld naar het zuiden uitlijnen.
■
Berekeningen van de belastingen en de max. belas-
■
ting van de onderliggende constructie volgens DIN
EN 1991-1-3 en DIN EN 1991-1-4
Voor de berekening staat op www.viessmann.com
het Viessmann-berekeningsprogramma "SOLSTAT"
ter beschikking.
Berekening van maat z zie pagina 48.
■