ID: 4801977_1707_01
Olie-/gas verwarmingsketel, rookgaswarmtewisselaar, Vitotrans 222/353, twee verwarmingscircuits met
mengklep
M
M
ID: 4801977_1707_01
Hoofdcomponenten
■ Verwarmingsketel zonder geïntegreerde opstartschakeling
(Therm-Control)
Groep 1: Vitorond 200, Vitoplex 200, Vitomax
■ Verwarmingsketel met geïntegreerde opstartschakeling (Therm-
Control)
Groep 2: Vitorond 200, Vitoplex 200/300
■ Vitotronic 200, type CO1E
■ Rookgaswarmtewisselaar
■ Warmwaterboiler
■ Verswatermodule
■ Boilerlaadsysteem
■ Twee geregelde verwarmingscircuits
Functiebeschrijving
Installatie met één ketel
De warmtegenerator wordt via de weersafhankelijke ketelcircuitrege-
ling met glijdende, verlaagde keteltemperatuur gebruikt. Boven de
geregistreerde keteltemperatuur wordt de brander ingeschakeld.
Deze regelt naar een instelbaar verschil bven de hoogste verwar-
mingscircuitvraag.
Variant 1: ketelbescherming door verlaging van het debiet
■ Verwarmingsketel groep 2 (geïntegreerde opstartschakeling
Therm-Control).
■ Sensor 17A bevindt zich in een dompelhuls rechtstreeks in het
ketellichaam.
■ Van een bijmengpomp kan worden afgezien.
■ Voor verwarmingsinstallaties met verdeler geïnstalleerd in de buurt
van de CV-ketel
■ Voorwaarde: ketelwaterdebiet moet in de opstartfase (bijv. na
weekenduitschakeling) met minstens 50 % kunnen worden ver-
laagd
Functie debietverlaging:
De sensor 17A legt de retourtemperatuur vast. Bij het onderschrijden
van de door de codeerstekker opgegeven temperaturen wordt de
brander op volledige belasting gereden. Het debiet wordt via de
mengkleppen van de nageschakelde verwarmingscircuits of bij
installaties met meerdere ketels naar keuze ook via de smoorklep
verlaagd.
Variant 2: ketelbescherming door bijmengpomp en verlaging
van het debiet
■ Verwarmingsketel groep 1 (zonder geïntegreerde opstartschake-
ling Therm-Control)
■ Sensor 17A bevindt zich in een dompelhuls buiten het ketelli-
chaam.
■ Een bijmengpomp moet worden gebruikt. Deze moet op ca. 30 %
van het totale debiet gedimensioneerd zijn.
■ Voor verwarmingsinstallaties met verdeler geïnstalleerd in de buurt
van de CV-ketel
■ Voorwaarde: ketelwaterdebiet moet in de opstartfase (bijv. na
weekenduitschakeling) met minstens 50 % kunnen worden ver-
laagd
M
M M
Functie bijmengpomp:
Via de sensor 17B wordt de bijmengpomp zolang ingeschakeld tot
de door de codeerstekker opgegeven temperaturen bereikt zijn of tot
de brander uitschakelt (naargelang codeerstekker).
Functie debietverlaging:
De sensor 17A legt de retourtemperatuur vast. Bij het onderschrijden
van de door de codeerstekker opgegeven temperaturen wordt de
brander op volledige belasting gereden. Het debiet wordt via de
mengkleppen van de nageschakelde verwarmingscircuits of bij
installaties met meerdere ketels naar keuze ook via de smoorklep
verlaagd.
Variant 3: Ketelbescherming door continu retourverhoging met
3-wegmengklep en ketelcircuitpomp
■ Verwarmingketel groep 1 en 2
■ Voor verwarmingsinstallaties waarbij op de nageschakelde verwar-
mingscircuits geen invloed kan worden uitgeoefend.
■ Gebruik bij open verdeler of bij inspuitschakeling
■ De ketelcircuitpomp moet zo worden gedimensioneerd dat ze het
maximaal optredend totaal verwarmingscircuitdebiet afdekt. Aan-
beveling: 110 %
Functie continue retourverhoging:
De ketelcircuitpomp transporteert een debiet door de verwarmings-
ketel. De sensor 17A legt de retourtemperatuur vast. Bij het onder-
schrijden van de door de codeerstekker opgegeven temperaturen
wordt het aan de verwarmingscircuits afgegeven debiet via de 3-
wegmengklep verlaagd en zo de retourtemperatuur verhoogd.
Variant 4: Ketelbescherming door debietverlaging met 3-weg-
mengklep
■ Verwarmingsketel groep 2 (geïntegreerde opstartschakeling
Therm-Control).
■ Sensor 17A bevindt zich in een dompelhuls rechtstreeks in het
ketellichaam.
■ Van een bijmengpomp kan worden afgezien.
■ Voor verwarmingsinstallaties waarbij op de nageschakelde verwar-
mingscircuits geen invloed kan worden uitgeoefend.
Functie debietverlaging retourmengklep:
De sensor 17A legt de retourtemperatuur vast. Bij het onderschrijden
van de door de codeerstekker opgegeven temperaturen wordt het
debiet door de verwarmingsketel via de 3-wegmengklep verlaagd.
Variant 5: Ketelbescherming door bijmengpomp en debietverla-
ging met 3-wegmengklep
■ Verwarmingsketel groep 1 (zonder geïntegreerde opstartschake-
ling Therm-Control).
■ Sensor 17A bevindt zich in een dompelhuls buiten het ketelli-
chaam.
■ Een bijmengpomp moet worden gebruikt. Deze moet op ca. 30 %
van het totale debiet gedimensioneerd zijn.
■ Voor verwarmingsinstallaties waarbij op de nageschakelde verwar-
mingscircuits geen invloed kan worden uitgeoefend.
Functie bijmengpomp:
Via de sensor 17B wordt de bijmengpomp zolang ingeschakeld tot
de door de codeerstekker opgegeven temperaturen bereikt zijn of tot
de brander uitschakelt (naargelang codeerstekker).
Functie debietverlaging retourmengklep:
1