3.
BEDIENING VAN SCHAKELAARS EN POTENTIOMETERS EN
HUN FUNCTIES
3.1
Hoofdschakelaar I/O
Als men de schakelaar in de I stand draait gaat het signaallampje H11 "gereed voor gebruik" op het
frontpaneel branden.
De machine altijd met de hoofdschakelaar aan- en uit schakelen en nooit de steker als
LET OP!
schakelaar gebruiken.
3.2
Signaallamp
De signaallampen op de machine geven informatie over de electrische functies:
De groene signaallamp H11, voor gebruik gereed, brandt altijd wanneer de machine aangesloten is
en de hoofd- schakelaar in de I-position staat.
De gele signaallamp H12 van de thermostaat gaat branden wanneer de machine door
overbelasting wordt uitgeschakeld. De ventilator koelt de machine af en bij het uitgaan van de
signaallamp is de machine automatisch weer voor gebruik gereed.
3.3
Werking van de ventilator
De FastMig hebben twee gelijktijdig werkende ventilatoren.
• De ventilator draait even als de hoofdschakelaar in positie I gezet wordt.
• De ventilator gaat draaien nadat met lassen begonnen is. Als de machine opgewarmd is zal
de ventilator nog 1 – 10 minuten draaien nadat er met lassen gestopt is.
4.
ELEKTRODENLASSEN
De FastMig stroombron kan worden gebruikt voor elektrodenlassen door er een FastMig MXF 63,
MXF 65, MXF 67 draadaanvoer op aan te sluiten. De stroombron kan ook zonder draadaanvoer
worden gebruikt voor elektrodenlassen door een R10 of R20 afstandsbediening aan te sluiten
op klem X14 of X15 aan de achterzijde van de stroombron voor de lasstroomregeling. De
voedingskabel wordt aangesloten op (+) klem X11 of X12 van de stroombron.
NL
8
FastMig KMS 300. 400, 500