3. Als de computer is aangesloten op een dockingstation, koppelt u het dockingstation los. Raadpleeg de documentatie bij het dockingstation voor
instructies.
WAARSCHUWING:
Wanneer u een netwerkkabel wilt verwijderen, moet u eerst de stekker van de netwerkkabel uit de computer verwijderen.
Vervolgens verwijdert u de stekker van de netwerkkabel uit de netwerkaansluiting.
4. Verwijder alle stekkers van telefoon- en netwerkkabels uit de computer.
5. Verwijder alle kaarten uit de ExpressCard-sleuf en de 7-in-1- geheugenkaartlezer.
6. Verwijder de stekker van de computer en alle daarop aangesloten apparaten uit het stopcontact.
7. Verwijder de batterij (zie
De batterij
8. Zet de computer ondersteboven, open het beeldscherm en druk op de aan- uitknop om de systeemkaart te aarden.
Terug naar inhoudsopgave
verwijderen).