Inhoudsopgave
Advertenties
BELANGRIJK: Er zijn belangrijke verschillen tussen testen van de voorarm, de
handpalm en de vingertop die u moet weten. Belangrijke informatie over de glucosetest
van de voorarm en handpalm:
U moet uw professionele zorgverstrekker raadplegen voordat u kiest voor het testen
van de voorarm of handpalm.
Als bloedspiegels snel veranderen zoals na een maaltijd, insulinedosis of inspanning,
kan bloed van de vingertoppen deze veranderingen sneller aantonen dan bloed van
andere zones.
Gebruik vingertoppen voor het testen binnen de 2 uur na een maaltijd, insulinedosis
of inspanning en op elk moment dat u voelt dat uw glucosespiegels snel veranderen.
U moet met de vingertoppen testen op het moment dat u zich zorgen maakt om
hypoglykemie of als u last heeft van hypoglycemie-onwetendheid.
Raadpleeg StaalnameVingertop om het lancet in te brengen en het lancetapparaat te
laden.
1. Schroef de heldere dop op het lancetapparaat.
2. Kies een prikplaats op de voorarm of de handpalm. Kies een zachte en vlezige zone
van de voorarm en handpalm die schoon en droog is, weg van het bot en zonder
zichtbare aders en haar.
Om vers bloed naar het oppervlak van de prikplaats te brengen, masseer goed de
prikplaats gedurende seconden tot u het voelt warm worden.
3. Plaats het lancetapparaat tegen de prikplaats. Druk en hou de heldere dop
gedurende enkele seconden tegen de prikplaats. Druk op de ontgrendelknop, maar
haal het lancetapparaat niet meteen weg van de prikplaats. Blijf het lancetapparaat
tegen de prikplaats houden tot u kunt bevestigen dat er zich een voldoende
bloedstaal heeft gevormd.
38
Advertenties
Inhoudsopgave
