Gevaar
Als de motor wordt gestart terwijl de aftakas kan
ronddraaien, ontstaat kans op ernstig letsel.
U mag de motor niet starten en de aftakashendel
bedienen als de aftakas niet is bevestigd aan de
tandwielkast van het maaidek.
Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie
de linker- en rechterzijde van de machine.
Hefarmen monteren
1. Draai aan een kant van de tractie-eenheid de
wielmoeren los (niet verwijderen) waarmee het wiel en
de band samen zijn bevestigd aan de voorste
wieltappen.
2. Krik de machine omhoog totdat het voorste wiel vrij
komt van de grond. Gebruik kriksteunen of plaats
blokken om te voorkomen dat machine per ongeluk valt.
3. Verwijder de wielmoeren en schuif het wiel en de band
van de wieltappen.
4. Monteer een hefarm aan de draaibeugel met 2
afstandsstukken, een draaipen en een borgpen (5/32 x
1–3/4 inch). Monteer de hefarm met de bocht naar
buiten geplaatst (Fig. 1).
4
1
Figuur 1
1. Hefarm
2. Afstandsstuk (2)
3
2
2
3. Draaibeugel
4. Draaipen
5. Monteer de achterkant van de hefarm aan de hefcilinder
met een draaipen en 2 borgpennen (geleverd bij de
tractie-eenheid) (Fig. 2).
3
1. Cilinderpen
2. Uiteinde van cilinder
6. Verwijder de borgpennen van de gaffelpennen waarmee
de rembeugels en -gaffels aan elkaar zijn bevestigd, en
gooi de borgpennen weg. Houd de gaffelpen vast en
steek het korte uiteinde van de veer in het gat in de
gaffelpen om de onderdelen bij elkaar te houden.
Bevestig het andere uiteinde van de veer in de
sleufgaten in de hefarmen (Fig. 3).
1. Contraveer van rem
7. Herhaal dit aan de andere kant van de machine.
10
1
3
2
Figuur 2
3. Borgpen
1
2
Figuur 3
2. Sleufgat