Bediening (handmatige werking)
Koken zonder Con@ctivity-
functie (Handmatige bediening)
Onder de volgende voorwaarden kunt u
de dampkap met de hand bedienen:
– De Con@ctivity-functie is niet geacti-
veerd.
– U heeft de Con@ctivity-functie tijde-
lijk gedeactiveerd (Zie hoofdstuk "Be-
diening (Automatische bediening)",
paragraaf "De automatische functie
tijdelijk uitschakelen").
Afzuiging inschakelen
Schakel de afzuiging in, zodra u begint
met het koken. Hierdoor worden kook-
dampen vanaf het eerste moment afge-
zogen.
Tip de aan-uittoets aan.
De afzuiging start op stand 2.
Afzuigvermogen kiezen
Voor lichte tot zware kookdampen en
geuren kunt u kiezen tussen de vermo-
gensstanden 1 tot en met 3.
Wanneer u aanbraadt waarbij veel
damp en geur vrijkomt, raden wij u aan
om stand B, de "boosterstand", te ge-
bruiken.
Kies de gewenste vermogensstand
door op de knoppen 1 tot B te druk-
ken.
De boosterstand terugschakelen
Is het Power Management System
(voordien) geactiveerd, dan wordt het
afzuigvermogen na 5 minuten automa-
tisch teruggeschakeld naar stand 3.
24
Nalooptijd inschakelen
Laat de afzuiging na het koken nog en-
kele minuten werken. De keukenlucht
wordt gezuiverd van eventueel nog aan-
wezige dampen en geurtjes.
Resten in de dampkap en en de geur-
tjes die hierdoor ontstaan worden voor-
komen.
De naloopfunctie biedt de mogelijkheid,
dat de afzuiging na een gekozen tijd au-
tomatisch uitschakelt.
Tip na het koken de toets naloop
aan als de afzuiging ingeschakeld is.
– 1 x voor 5 minuten uitlooptijd, waarbij
5 gaat branden.
– 2 x voor 15 minuten uitlooptijd, waar-
bij 15 gaat branden.
– Als u opnieuw op de toets naloop
drukt, blijft de afzuiging ingescha-
keld. ( dooft).
Afzuiging uitschakelen
Schakel de afzuiging uit met de toets
aan/uit .