Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss VLT AutomationDrive FC 300 Bedieningshandleiding pagina 75

Verberg thumbnails Zie ook voor VLT AutomationDrive FC 300:
Inhoudsopgave

Advertenties

Eenvoudige problemen verhel...
Symptoom
Werkschakelaar open of
ontbrekende motoraansluiting.
Geen netvoeding met 24 V DC-
optiekaart.
Stop via LCP.
Motor loopt niet
Ontbrekend startsignaal (stand-
by).
Motorvrijloopsignaal actief (motor
loopt vrij).
Verkeerde bron voor referentie-
signaal.
Draaibegrenzing motor.
Omkeersignaal actief.
Motor draait in verkeerde
richting
Aansluiting motorfase verkeerd.
Frequentielimieten verkeerd
ingesteld.
De motor bereikt de
Referentiesignaal niet correct
maximale snelheid niet
geschaald.
Parameterinstellingen mogelijk
verkeerd.
Motorsnelheid instabiel
VLT® Automation Drive D-Frame
Bedieningshandleiding
Mogelijke oorzaak
Controleer of de motor is
aangesloten en de aansluiting niet
wordt onderbroken (door een
werkschakelaar of andere
voorziening).
Wanneer het display werkt maar
geen gegevens toont, moet u
controleren of de netvoeding naar
de frequentieomvormer is
ingeschakeld.
Controleer of [Off] werd ingedrukt.
Controleer of 5-10 Klem 18 digitale
ingang voor klem 18 correct is
ingesteld (gebruik standaardin-
stelling).
Controleer of 5-12 Klem 27 digitale
ingang correct is ingesteld op
Vrijloop geïnv. (standaardinstelling).
Controleer het referentiesignaal:
Lokale, externe of busreferentie?
Digitale referentie actief? Klemaan-
sluiting correct? Schaling van
klemmen correct? Referentiesignaal
beschikbaar?
Controleer of 4-10 Draairichting
motor juist is geprogrammeerd.
Controleer of er een omkeer-
commando voor de klem is
geprogrammeerd via parame-
tergroep 5-1* Dig. ingangen.
Controleer de uitgangslimieten in
4-13 Motorsnelh. hoge begr. [RPM],
4-14 Motorsnelh. hoge begr. [Hz] en
4-19 Max. uitgangsfreq..
Controleer de schaling van het
referentiesignaal in 6-0* Analoog
In/Uit en parametergroep 3-1*
Referenties. Controleer de referen-
tielimieten in parametergroep 3-0*
Ref. begrenz.
Controleer de instellingen van alle
motorparameters, inclusief alle
motorcompensatie-instellingen. Bij
een regeling met terugkoppeling:
controleer de PID-instellingen.
®
MG34U210 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Test
Sluit de motor aan en controleer
de werkschakelaar.
Schakel de spanning naar de
eenheid in om deze te activeren.
Druk op [Auto on] of [Hand on]
(afhankelijk van de
bedieningsmodus) om de motor te
activeren.
Geef een geldig startsignaal om de
motor te starten.
Pas 24 V toe op klem 27 of stel de
klem in voor Niet in bedrijf.
Programmeer de juiste instellingen.
Controleer 3-13 Referentieplaats.
Programmeer de actieve digitale
referentie in parametergroep 3-1*
Referenties. Controleer op een
juiste bedrading. Controleer de
schaling van de klemmen.
Controleer het referentiesignaal.
Programmeer de juiste instellingen.
Schakel het omkeersignaal uit.
Zie 2.4.5 Controle draair. motor in
deze handleiding.
Programmeer de juiste limieten.
Programmeer de juiste instellingen.
Controleer de instellingen in
parametergroep 1-6* Anal. I/O-
modus. Bij een regeling met
terugkoppeling: controleer de
instellingen in parametergroep
20-0* Terugkoppeling.
Oplossing
9
71
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave