6.5
Ingang voor vlotterschakelaars
droogloopbeveiliging
Klemmen 10 /11 = droogloopbeveiliging
Polariteit van de klemmen 10 = plus en 11 = Min
Voor toepassing in een EX-omgeving, dienen de
daarvoor geldende omstandigheden te worden
gevolgd.
Deze ingang wordt optioneel ook gebruikt om
speciale zaken op aan te sluiten.
Werking met 2 vlotterschakelaars
12 13 14 15 16 17
12 13 14 15 16 17
12 13 14 15 16 17
Voor het toepassen in een Ex-omgeving dienen de daarvoor geldende richtlijnen te worden gevolgd.
6.7
Externe niveausonde 4 - 20 mA
In het menu onder "niveau sturing" dient de
4- 20 mA Interface geselecteerd te worden
Op de klemmen 34 en 35 kan een sensor
4-20mA worden aangesloten.
De sensor wordt dient me een gestabiliseerde
gelijkspanning van ca 20 V te worden gediend.
Af fabriek zijn de instellingen zodanig dat deze
overeenkomen met het regelbereik van de interne
druksonde.
Wanneer een niveausonde met een ander bereik
aangesloten wordt dan moeten de instellingen in
het menu overeenkomstig worden aangepast.
De uitgang is actief, dat heet dat ook deze
toegepast kan worden in een EX- omgeving, waarbij
de daarvoor geldende regels in acht genomen
moeten worden.
6.8
Analoge uitgangen
0 -10 V
= klemmen 36 (+) en 37 (-) Max.
Weerstand van 20 mA
4 - 20 mA = klemmen 38 (+) en 39 (-).
Transistor 250 ohm
—
12
—
6.6
Voorbeelden voor de werking van alarm-
kasten, met vlotterschakelaars.
In het menu wordt onder "niveau sturing" voor
vlotterschakelaars gekozen worden.
Op het display wordt aangegeven welke vlotter
aangesloten is. Er moeten altijd "sluitende" vlotters
toegepast worden.
Werking met 3 vlotterschakelaars
12 13 14 15 16 17
12 13 14 15 16 17
12 13 14 15 16 17
7.0
Testfase zonder pomp
7.1
Om de schakelkast zonder pomp te
testen dient het volgende in acht te
worden genomen.
- Het volstaat om N en L1 te verbinden
- De motorbegrenzing moet op 1 A worden
ingesteld, anders verschijnt de melding:
Thermische Storing L "zonder weerstand"
- Klemmen 21/22 moeten voorzien worden van
een brug. Anders verschijnt de melding:
„Thermische Fout 2"
- In het instelmenu dienen de Thermische
storingen voor pomp 1 uitgeschakeld te worden.
Anders verschijnt de melding: „Thermische
storing 1" in het display
Werking met 3 vlotterschakelaars
en een gezamenlijke kabel
12 13 14 15 16 17
12 13 14 15 16 17
12 13 14 15 16 17