Instructies om energie te besparen
6
Instructies om energie te besparen
Zuinig verwarmen
De ketel is voor een laag energieverbruik en een lage milieubelasting bij
tegelijkertijd grote behaaglijkheid geconstrueerd. Overeenkomstig de
warmtevraag van de woning wordt de brandstoftoevoer naar de brander
geregeld. Wanneer de warmtebehoefte minder wordt, werkt de ketel
verder met een lagere vlam. De installateur noemt dit een modulerende
regeling. Door de continue regeling worden de temperatuurvariaties ge-
ring en de warmteverdeling in de ruimten gelijkmatig. Het is dus mogelijk
dat de ketel langere tijd in bedrijf is, maar toch minder brandstof ver-
bruikt dan een ketel die constant in- en uitschakelt.
Verwarmingsregeling
Voor een optimaal vermogen van de cv-installatie, adviseren wij een ver-
warmingsregeling met kamertemperatuurgestuurde regelaar of weersaf-
hankelijke regelaar en thermostaatkranen.
Thermostaatkranen
Om de gewenste kamertemperatuur te bereiken, opent u de radiatorkra-
nen volledig. Wanneer na langere tijd de temperatuur niet wordt bereikt,
verhoogt u op de regelaar de gewenste kamertemperatuur.
Vloerverwarming
Stel de aanvoertemperatuur niet hoger in, dan de door de fabrikant aan-
bevolen maximale aanvoertemperatuur. Wij adviseren, een weersafhan-
kelijke regelaar te gebruiken.
Ventileren
Draai tijdens het ventileren de thermostaatkranen dicht en open de ra-
men helemaal gedurende korte tijd. Laat de ramen niet op een kier staan.
Anders wordt constant warmte aan de ruimte onttrokken, zonder dat de
kamerlucht noemenswaardig wordt ververst.
Warm water
Kies de warmwatertemperatuur altijd zo laag mogelijk. Een lage instelling
op de temperatuurregelaar betekent grote energiebesparing.
Bovendien veroorzaken hoge tapwatertemperaturen extra verkalking en
beïnvloeden zo de werking van de ketel (bijvoorbeeld langere opwarmtij-
den of minder opbrengst).
Sanitaire circulatiepomp
Stel een eventueel aanwezige circulatiepomp voor warm water via een
tijdprogramma in op de individuele behoeften (bijvoorbeeld ochtend,
middag, avond).
8
7
Storingen
7.1
Gaskraan openen/sluiten
▶ Greep naar links verdraaien tot de aanslag
(greep in doorstroomrichting = open).
▶ Greep naar rechts verdraaien tot de aanslag
(greep dwars op doorstroomrichting = gesloten).
1.
Afb. 5
Open de gaskraan
7.2
Storingen verhelpen
De oorzaak van de storing wordt in de vorm van een code (bijvoorbeeld
storingscode 228) en als tekst weergegeven.
▶ Schakel de ketel uit en weer in.
-of-
▶ Druk de toetsen en in, tot Reset getoond wordt.
De ketel gaat weer in bedrijf en de aanvoertemperatuur wordt ge-
toond.
Wanneer een storing niet kan worden opgelost:
▶ Schakel een installateur of de servicedienst in.
▶ Geef de getoonde storingscode en de toestelgegevens door.
Toestelgegevens
1)
Ketelidentificatie
1)
Serienummer
Datum van de
inbedrijfstelling
Fabrikant installatie
1) De specificaties vindt u op de typeplaat op het frame van de voorste afdekking.
Tabel 4 Ketelgegevens om door te geven in geval van storing
Condens 8700i W – 6721814906 (2020/09)
2.
0010032343-001