e_kb445.book Page 217 Friday, February 15, 2008 3:35 PM
Instellingen voor de opnamestand
selecteren om op te slaan in de camera
U kunt opgeven welke instellingen moeten worden opgeslagen als de camera
wordt uitgezet.
U kunt de volgende instellingen opslaan: flitsfunctie, transportfunctie, witbalans,
gevoeligheid, belichtingscorrectie, Belichtingscomp., weergavestijl, Scène-
weergave en bestandsnr. De standaardinstelling is [Uit] voor [Scène-weergave]
en [Aan] voor de andere functies.
1
Selecteer [Geheugen] in het menu [A Opname].
2
Druk op de vierwegbesturing (5).
Het scherm [Geheugen] verschijnt.
3
Kies een onderdeel met de vierwegbesturing (23).
4
Selecteer O (Aan) of P (Uit) met de vierwegbesturing (45).
5
Druk twee keer op de knop 3.
De camera is gereed voor het maken van een opname.
Bij [Bestandsnummer] stelt u in of voor de bestandsnaam een volgnummer wordt opgeslagen.
Zie "Instelling opgeven voor bestandsnummer" (p.213).
Geheugen
Flitsinstelling
Transportfunctie
Witbalans
Gevoeligheid
Belichtingscorrectie
Belichtingscomp.
MENU
217
10