A
Search/Speed Dial
Met deze toets kunt u namen en
nummers opzoeken die in het
kiesgeheugen zijn opgeslagen. Met een
druk op deze toets, gevolgd door # en
een tweecijferig nummer, kunt u ook in
het kiesgeheugen opgeslagen nummers
kiezen.
B
Redial/Pause
Met een druk op deze toets wordt het
laatst gekozen nummer opnieuw
gekozen. Deze toets wordt tevens
gebruikt voor het invoegen van een
pauze in automatisch te kiezen nummers.
C
Kiestoetsen
Met deze toetsen worden telefoon- en
faxnummers gekozen. Deze toetsen
worden tevens gebruikt om informatie in
de machine in te voeren.
Met de toets # kunt u tijdens een
telefoongesprek schakelen tussen
"PULS" en "TOON".
D
Volume High / Low
Hiermee kunt u het volume van de
luidsprekers en de bel instellen.
10
E
Programmeertoetsen:
Menu
Met deze toets krijgt u toegang tot de
functies en de programmeerstand.
(Pijl links)
Met deze toets beweegt u de cursor op
het LCD-scherm naar links en gaat u
naar de vorige functie/menu-optie.
U kunt deze toets tevens gebruiken om
op alfabetische volgorde te zoeken naar
namen die bij de nummers in het
geheugen zijn opgeslagen.
Set
Deze toets wordt gebruikt om een
instelling op te slaan.
(Pijl rechts)
Met deze toets beweegt u de cursor op
het LCD-scherm naar rechts en gaat u
naar de volgende functie/menu-optie.
U kunt deze toets tevens gebruiken om
op alfabetische volgorde te zoeken naar
namen die bij de nummers in het
geheugen zijn opgeslagen.
Clear
Wist ingevoerde gegevens of loopt stap
voor stap achteruit door het functiemenu.
F
Stop/Exit
Met een druk op deze toets wordt een
faxtransmissie gestopt, een bewerking
geannuleerd of de programmeerstand
afgesloten.
G
Fax Start
Met een druk op deze toets wordt een
bewerking begonnen (zoals het
verzenden van een fax).