Deel 4 Transport en Verplaatsing
4.4 LAAD– EN AFLAADPROCEDURE MET
KRAAN
4.4.a
Om de laad– en aflaadprocedure met een kraan uit te
voeren moet u als volgt handelen:
4.4.b
Let op gevaar voor snijwonden
De bediener moet snijbestendige handschoenen dragen
- Neem een cutter
- Verwijder de cellofaan en let op de handen niet te
verwonden en de Hoogwerker niet te schenden.
- Let op gevaar voor uitglijden
Verwijder de cellofaan en gooi hem in de bak voor
speciale afval.
4.4.c
Let op gevaar voor verplettering
Controleer de kettingen en riemen om na te gaan of geen
afwijkingen aanwezig zijn alvorens ze te gebruiken om de
Hoogwerker te verplaatsen.
Verzeker u ervan dat ze op veilige wijze aan de haak van
de kraan zijn bevestigd en dat de kraan de Hoogwerker
kan dragen (zie deel 3 "Technische kenmerken").
Het is strikt verboden in de gevaarlijke zone te blijven
wanneer de kraan in werking treedt!!
De min. veiligheidsafstand moet 3 meter zijn.
4.4.d
Controleer of de drukknoppen Stop/Nood Q3 en/of P6
ingedrukt zijn.
Verwijder het toetsenbord en zet het in de werkbak.
4.4.e
Voeg de kettingen of riemen, met geschikt vermogen, in
de vier gaten van het chassis.
4.4.f
Voeg de uiteinden van de kettingen of riemen in de
werkbak en bevestig ze aan de haak van de kraan.
4.4.g
Verplaats de Hoogwerker tot op de plaats waar hij moet
afgezet worden, er op lettend dat er geen blootgestelde
personen of dieren aanwezig zijn.
4.4.h
Herhaal de hierboven beschreven handelingen omgekeerd
uit.
4.4.i
De laad-/aflaadprocedure van de Hoogwerker met een
kraan is voltooid.
04-2020 Rev.01
4.38
05 -2015 Rev.1