Configureren van de instellingen van de Digitale Piano
■ MIXER scherm
Gebruik dit scherm om de toon van elk gedeelte te veranderen en om het volume en de nagalm ervan aan te passen.
Niveaumeter
Item
Gedeelte
Tone
Volume
Pan
Coarse Tune
Fine Tune
Bend Range
Reverb Send
Chorus Send
Delay Send
Port
• Wanneer een afzonderlijk deel (A01 - A16, B01 - B16) voor de instelling is geselecteerd, worden bij het aanslaan
van een klaviertoets alleen noten weergegeven van het geselecteerde deel. Alle andere types van
prestatiebewerkingen (laag, splitsing, automatische begeleiding, etc.) zijn gedeactiveerd.
NL-78
Een gedeelte dat is ingeschakeld wordt weergegeven. Schakel de gedeelten
uit die u niet wilt weergeven.
Verandert de toon.
Stelt het volume in. Het volumeniveau van elk gedeelte wordt aangegeven
door een niveaumeter op het scherm.
Specifieert de stereo-panpositie van de geluidsweergave van de Digitale
Piano. 0 geeft het midden weer, terwijl een kleinere waarde naar links
verschuift en een grotere waarde naar rechts.
Specificeert de toonhoogte van de noten van elk gedeelte in stappen van een
halve toon.
Specificeert de toonhoogte van de noten van elk gedeelte in stappen van een
cent.
Stelt het toonhoogtebereik van elk gedeelte in stappen van een halve toon in. 0 t/m 24
Specificeert hoeveel nagalm wordt toegepast op elk gedeelte.
Er wordt in het geheel geen nagalm toegepast wanneer deze instelling 0 is,
terwijl de maximum nagalm wordt toegepast wanneer de instelling 127 is.
Specificeert hoeveel zweving wordt toegepast op elk gedeelte.
Er wordt in het geheel geen zweving toegepast wanneer deze instelling 0 is,
terwijl de maximum zweving wordt toegepast wanneer de instelling 127 is.
Specificeert hoeveel vertraging wordt toegepast op elk gedeelte.
Er wordt in het geheel geen vertraging toegepast wanneer deze instelling 0
is, terwijl de maximum vertraging wordt toegepast wanneer de instelling 127
is.
Specificeert de poort. Zie "Toewijzing van de delen en MIDI-kanalen en het
blokdiagram" (pagina A-5) voor informatie betreffende de MIDI-kanalen die
aan elke poort zijn toegewezen.
Betekenis
Instelling
Off (uit), On (aan)
650
0 t/m 127
–64 tot 0 tot +63
–24 tot 0 tot +24
–99 tot 0 tot +99
0 t/m 127
0 t/m 127
0 t/m 127
Port A (poort A),
Port B (poort B),
Port C (poort C)
B