Inhoudsopgave
Advertenties
2. Bouwfase II
Controleren van onderdelen/aansluiting/ingebruikname
2.1 Controle van de onderdelen door degene die het
apparaat gemonteerd heeft!
Nadat het apparaat in elkaar gezet is, moeten als eerste alle onderdelen
gecontroleerd worden. Het is de bedoeling van deze controle gevaren door
schade aan materiaal en niet correcte constructie te onderkennen.
Oogcontrole
Bij de oogcontrole mag het apparaat niet verbonden zijn met de stroom-
voorziening.
Controleer nogmaals, of alle onderdelen er juist en met de juiste poling inge-
zet zijn. Kijk aan de soldeerkant (printbaankant) na, of er door soldeerresten
printbanen overbrugd zijn, omdat dit tot kortsluiting en tot vernieling van
onderdelen kan leiden. Verder is te controleren of geen afgesneden draad-
einden op of onder de printplaat liggen, dit kan bovendien tot kortsluiting
leiden.
U dient eventuele gebreken te verhelpen!
2.2 Aansluiting/ingebruikname
Nadat de onderdelencontrole afgesloten is, kan er een eerste functietest uit-
gevoerd worden.
Let er op, dat dit bouwpakket alleen mag werken met
een gestabiliseerde gelijkspanning uit een netvoeding of
met een batterij/accu gevoed mag worden. Bovendien
moet de spanningsbron ook de nodige stroom kunnen
leveren.
Autoaccu's of treintrafo's zijn hierbij als spanningsbron
niet geschikt en leiden tot beschadiging van onderdelen
resp. tot het niet functioneren van de module.
Levensgevaarlijk!
Als u een netvoeding als spanningsbron gebruikt, moet
20
deze beslist voldoen aan de VDE-voorschriften.
Aanwijzing!
Dit apparaat kan alleen in verbinding met de 8-kanaals
ontvanger (bestnr. 61 81 87 of 11 65 64) werken en
getest worden!
2.3 Bij het eerste gebruik (functietest) raden wij u aan een aparte netvoeding
volgens de VDE voorschriften te gebruiken. Voedt hiervoor de met "+" en "-
" gekenmerkte aansluitpunten met de juiste poling met een spanning van ca.
12 Volt DC.
2.4 Druk een willekeurige toets op het folietoetsenbord.
- de rode lichtdiode (LD 1) moet tijdens het drukken van de toets oplichten.
2.5 Programmeer nu de zender voor de bijhorende 8-kanaals ontvanger.
Lees hiervoor de handleiding van de 8-kanaal-ontvanger!
2.6 Als tot nu toe alles in orde is, kunt u het volgende hoofdstuk "Zoeken
naar fouten" overslaan.
2.7 Als de rode LED tegen de verwachting in niet of altijd oplicht, schakelt
u direct de voedingsspanning uit en controleert u de printplaat nogmaals
met behulp van het hoofdstuk "Zoeken naar fouten".
Checklist voor het zoeken naar fouten
Vink elke stap af!
Is de voedingsspanning juist gepoold?
Is de voedingsspanning op de juiste aansluitpunten aangesloten?
Ligt de voedingsspanning bij ingeschakeld apparaat nog in het bereik
van 9 - 13,8 Volt?
Voedingsspanning weer uitschakelen.
21
Advertenties
Inhoudsopgave
