Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Opbouw Concentrisch Systeem - Dru Metro 200XT RCH Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

5.8.2 Opbouw concentrisch systeem

Afhankelijk van de configuratie van het concentrisch systeem moet het toestel verder afgesteld worden met
eventueel een restrictieschuif en/of luchtinlaatgeleider.
Zie de Tabellen 4 en 6 voor het bepalen voor de juiste afstelling en paragraaf 'Afstellen toestel' voor de werkwijze.
Het concentrisch systeem met geveldoorvoer of dakdoorvoer moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
Bij gebruik van een geveldoorvoer (C11) geldt:
Bij gebruik van een dakdoorvoer (C31) geldt:
In de onderstaande werkwijze is aangegeven hoe de toelaatbaarheid bij toepassing van een dakdoorvoer van een
concentrisch systeem wordt vastgesteld.
1) Tel het aantal benodigde 45° en 90° bochten (bochten van 15° en 30° zijn ook toegestaan).
2) Tel het totale aantal hele meters horizontale pijplengte.
3) Tel het totale aantal hele meters verticale en/of schuine pijplengte (exclusief dakdoorvoer).
4) Zoek in de eerste 2 kolommen van Tabel 5 het aantal benodigde bochten en de totale horizontale pijplengte.
5) Zoek in de bovenste rij van Tabel 5 de gewenste totale verticale en/of schuine pijplengte.
6) Een hokje met een letter betekent, dat het gekozen concentrische systeem toelaatbaar is.
7) Stel met behulp van Tabel 6 vast hoe het toestel afgesteld moet worden.
10
In Bijlage 2, Tabel 4 of 5 is te vinden of er en hoeveel minimale verticale lengte concentrische pijp
aangesloten dient te worden.
Bepaal de toelaatbaarheid van de gewenste configuratie.
De totale verticale pijplengte, bij toepassing van een geveldoorvoer, mag een maximale lengte hebben die
terug te vinden is in Bijlage 2, Tabel 4.
De minimale verticale pijplengte, bij toepassing van een geveldoorvoer, is terug te vinden in Bijlage 2,
Tabel 4.
De totale horizontale pijplengte, bij toepassing van een geveldoorvoer, mag een maximale lengte hebben
die terug te vinden is in Bijlage 2, Tabel 4 (exclusief geveldoorvoer; zie Bijlage 3, Afb. 5).
De opbouw van het gekozen systeem, bij toepassing van een dakdoorvoer, moet toelaatbaar zijn volgens
Bijlage 2, Tabel 5 (Zie de hieronder beschreven werkwijze).
I N S TA L L A TI E H AN D L E I DI N G

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Metro 200xt tunnel rch

Inhoudsopgave