Zadel
f
Schroef tegen de klok in losdraaien totdat de zadelpen
in de zadelbuis kan worden bewogen.
f
Zadel op de gewenste hoogte afstellen.
Minimale insteekdiepte van de zadelpen in acht
f
nemen.
Als het zadel naar de juiste hoogte is gebracht, zadel
f
met het frame uitlijnen.
Om de afstelling te vergrendelen, schroef met de klok
f
mee vastdraaien.
Aandraaimoment van de schroef in acht nemen.
f
f
Controleren of het zadel kan worden gedraaid.
f
Als het zadel kan worden gedraaid, zadelpenklem
controleren.
46
9.2.2
Zadelhelling afstellen
Afhankelijk van het model kan de zadelhelling worden gewij-
zigd en kan het zadel indien nodig verder naar voren of naar
achteren worden verplaatst
f
Schroef (schroeven) op de zadelpen één of twee slagen
tegen de klok in losdraaien.
f
Zadel naar de gewenste positie verplaatsen.
f
Om de afstelling te vergrendelen, schroef (schroeven)
met de klok mee vastdraaien.
f
Aandraaimoment van de schroeven in acht
nemen.
f
Controleren of het zadel kan worden verplaatst.
Als het zadel kan worden verplaatst, naar een
f
dealer gaan.
OORSPRONKELIJKE GEBRUIKSAANWIJZING | ADVANCED | 01.2022 | 1002021-01