➔ De leiding moet onder de trekontlasting aange-
bracht worden.
5
6
7 Bedraden volgens het aansluitschema.
➔ De contacten 3 en 2 gaan bij stijgende druk dicht.
De contacten 1 en 3 gaan bij dalende druk dicht. Bij
het maakcontact komt het NC-contact te vervallen.
L1
3
COM
2
1
NO
NC
8 Na de bedrading het behuizingsdeksel weer mon-
teren (aanhaalkoppel, zie pagina 5 (8 Techni-
sche gegevens)) of doorgaan met het instellen.
5 InsTeLLen
Het schakelpunt p
is door middel van de stelschroef
S
instelbaar.
1 Installatie spanningsvrij maken.
2 Het deksel van de behuizing eraf schroeven.
3 De AMP stekkers voorzichtig van de contacten
aftrekken.
4 Ohmmeter aansluiten.
NO
2
COM
2
NO
3
NC
1
5
6 Het schakelpunt p
S
zie tabel "Instelbereik".
7
8
9 Manometer aansluiten.
p
s
0
10
11 Druk opbouwen. Daarbij het schakelpunt op de
ohmmeter en de manometer controleren.
12 Mocht de DL 1–50E niet bij het gewenste schakel-
punt aanspringen, het instelbereik op het handwiel
corrigeren. Druk laten ontsnappen en de procedu-
re herhalen.
1
3
2
NC
COM
NO
1
3
NC
COM
met de stelschroef instellen,
13 Na het succesvol instellen de AMP stekkers weer
op de contacten schuiven en het behuizingsdeksel
monteren (aanhaalkoppel, zie
Technische gegevens)).
5.1 Instelbereik
Instelbe-
reik
1)
min.
DL 1E
0,2
DL 3E
0,3
DL 5E
0,4
DL 5ET
0,5
DL 10E
1
DL 50E
2,5
Instelbe-
reik
1)
min.
DL 1ET
0,08
DL 3ET
0,12
DL 5ET
0,2
DL 10ET
0,4
DL 50ET
1
Insteltolerantie voor schakelpunt: ± 15% of volgens
1)
afspraak.
2)
Max. inlaatdruk = weerstandsdruk.
3)
Gemiddeld schakelverschil bij min. en max. instelling.
verloop van het schakelpunt bij
Type
DL 1E,
DL 1ET
DL 3E,
DL 3ET
DL 5E–50E,
DL 5ET–50ET
6 FunCTIeTesT
Aanbevolen wordt, de goede werking 1 x per jaar te
controleren.
NL-4
pagina 5 (8
Max.
gemiddeld
inlaat-
schakelver-
[mbar]
druk
2)
[mbar]
max.
min.
1
50
0,1
3
50
0,2
5
300
0,25
5
300
0,25
10
300
0,3
50
300
0,5
Max.
gemiddeld
inlaat-
schakelver-
["WC]
druk
2)
schil
["WC]
max.
min.
0,4
20
0,04
1,2
20
0,08
2
117
0,01
4
117
0,12
20
117
0,2
controle volgens en 1854
luchtdrukschakelaars
± 15% of ± 5 Pa [± 0,02 "WC]
± 15% of ± 6 Pa [± 0,02 "WC]
± 15%.
schil
3)
[mbar]
max.
0,15
0,3
0,4
0,4
0,4
1,3
3)
["WC]
max.
0,06
0,12
0,16
0,16
0,5