Bediening
Volg de onderstaande instructies voor
bediening tijdens het afspelen.
Knoppen
Functies
Afspelen onderbreken of hervatten.
Hiermee stopt u het afspelen.
/
Hiermee gaat u naar de vorige/
volgende track.
Houd deze knop ingedrukt om een
track terug te spoelen of vooruit
te spoelen.
/
Ga naar het vorige of volgende
album wanneer u meer dan één
album hebt.
REPEAT
Hiermee selecteert u een
herhaalmodus
•
de huidige track
•
alle tracks
•
de huidige map
• Blijf drukken tot REP verdwi-
jnt als u tracks in de normale
volgorde wilt afspelen.
SHUFFLE
Hiermee speelt u tracks in
willekeurige of de normale
volgorde af.
•
willekeurige volgorde afgespeeld
• Blijf drukken tot SHUF verdwijnt
als u tracks in de normale volg-
orde wilt afspelen.
Tracks programmeren
U kunt maximaal 20 tracks programmeren.
1
Druk op PROG wanneer er geen track
wordt afgespeeld.
» Het huidige nummer van de track
knippert op het display.
: hiermee herhaalt u
: hiermee herhaalt u
: hiermee herhaalt u
: tracks worden in
2
/
Druk op
te selecteren.
3
Druk op PROG om te bevestigen.
4
Herhaal stap 2 en 3 om meer tracks te
programmeren.
5
Druk op
om de geprogrammeerde
tracks af te spelen.
• Druk tweemaal op
programma te wissen.
om een tracknummer
om het
NL
11