5. Verwijder de zeven schroeven (M2x3) waarmee het binnenframe van de eenheid aan de systeemkaart en de palmsteuneenheid wordt
bevestigd.
6. Til het binnenframe van de eenheid uit de systeemkaart en de palmsteuneenheid.
Het binnenframe van de eenheid installeren
Vereisten
Als u een component vervangt, dient u het bestaande component te verwijderen alvorens de installatieprocedure uit te voeren.
Over deze taak
De volgende afbeelding geeft de locatie van het binnenframe van de eenheid aan en biedt een visuele weergave van de
installatieprocedure.
40
Onderdelen verwijderen en plaatsen