Een overzicht van de JUPITER-X
Sommige modellen kunnen alleen voor PART 1 worden geselecteerd.
PART 1
PART 2
PART 3
I-ARPEGGIO
PART 4
PART 5
Drumkits kunnen alleen voor PART 5 worden geselecteerd.
Controller
Knop/regelaar/
Klavier
schuifregelaar
Klank
Filtertype = VCF
HPF
Filtertype = TVF
OSC
Pitch-env
Model
Een
"model"
is een geluidsmotor die een specifieke vintage-eenheid reproduceert, of een geluidsmotor die is geoptimaliseerd voor een
specifieke functie.
Er is bijvoorbeeld een model dat de vintage JUPITER-8-synthesizer reproduceert.
Elk model is uitgerust met verschillende unieke parameters en effecten, en het effect van het bedienen van de regelaars en andere controllers zal ook verschillen.
Dit betekent dat u één enkel JUPITER-X-apparaat kunt gebruiken alsof u verschillende apparaten hebt.
Er is een model dat de vintage JUPITER-8- en JUNO-106-synthesizer reproduceert.
U kunt voor elk model klanken creëren.
Klank
Het geluid dat aan een partij is toegewezen, wordt een
Voor elke klank kunt u instellingen uitvoeren zoals oscillator, filter en effecten (MFX). De structuur en de effecten van een klank verschillen afhankelijk van de geluidsmotor
(model).
Partij
Aan elk van de vijf partijen kunt u een geluid (klank) toewijzen en pan- en EQ-instellingen opgeven.
U kunt aan elke partij een klank toewijzen en deze spelen.
Er zijn vijf partijen. U kunt een synthesizerklank toewijzen aan elke partij 1–4 en een ritmeklank aan partij 5.
Bepaalde geluidsmotoren (modellen) kunnen alleen worden toegewezen aan partij 1.
I-ARPEGGIO
Deze functie gebruikt AI om de timing te analyseren waarop u de toetsen bespeelt, en speelt optimale arpeggiopatronen voor meerdere
partijen.
Gewoon door een TYPE en RHYTHM te selecteren, kunt u I-ARPEGGIO gebruiken met een grote verscheidenheid van instellingen.
Als u bijvoorbeeld ideeën voor een song bedenkt, kunt u de instellingen wijzigen terwijl u verschillende klavieruitvoeringen uitprobeert. Wanneer u een goede frase vindt,
gebruik dan de STEP EDIT-functie om deze vast te leggen en te bewerken, en importeer de frase vervolgens als MIDI-data in de DAW op uw computer.
Scene
Instellingen voor alle partijen, de I-ARPEGGIO-instellingen en de scène-effectinstellingen worden allemaal samen opgeslagen als een "scène".
Een scène slaat de volledige status van uw favoriete uitvoeringsinstellingen op, inclusief instellingen voor elke partij (zoals klanknummer, pan en volume),
gemeenschappelijke instellingen voor alle partijen (zoals reverb, delay en chorus) en sequentiedata voor elke partij.
Het wordt aangeraden om uw instellingen van tevoren als scènes op te slaan en vervolgens tussen deze scènes te schakelen terwijl u speelt.
U kunt in totaal 256 scènes opslaan, die zijn georganiseerd als 16 scènes × 16 banken.
Scene
Klank
MFX
PAN/EQ
Klank
MFX
PAN/EQ
Klank
MFX
PAN/EQ
Klank
MFX
PAN/EQ
Klank (drumkit)
PAN/EQ
Toonverbuiging/
modulatie
VCF
TVF
3Band EQ
TVA
PAN
#
L
R
LFO 1/2
"klank"
Scène-effect
DRIVE
REVERB
CHORUS
DELAY
Interface
USB-computer
Bluetooth
(Audio/MIDI)
(Audio/MIDI)
USB-stick
Pedaalbediening
(Bestand)
(CTRL/HOLD)
* Bluetooth-audio ondersteunt alleen invoer. Audio kan
niet worden uitgevoerd naar Bluetooth-luidsprekers
of -hoofdtelefoons.
genoemd.
Systeem
Systeemeffect
MASTER
UITVOER
EQ/COMP
HOOFDTELE-
FOON
MIC
NS/COMP
Luidsprekers
Microfooningang
AUX-ingang
MIDI-ingang/
-uitgang
7