14
| Onderhoud
Waarschuwing
• Na het loskoppelen van de netvoeding bestaat er nog steeds risico op verwonding door ronddraaiende
componenten die nog niet volledig tot stilstand zijn gekomen.
Waarschuwing
• Let bij de montage en het onderhoud op scherpe kanten. Draag beschermende handschoenen.
De motorlagers zijn voor de gehele levensduur gesmeerd en onderhoudsvrij.
Ook als al het vereiste onderhoud wordt verricht, zoals het vervangen van fil-
ters, kunnen stof en vet zich langzaam ophopen in de ventilatoren. Dit ver-
slechtert de efficiëntie.
De ventilatoren moeten worden schoongemaakt volgens de hieronder weer-
gegeven procedure.
1. Ontkoppel de voedingskabels van de ventilator. De kabels zitten naast de
ventilatoren.
2. Trek de ventilatoren naar u toe. Mogelijk moet u hierbij wat kracht
uitoefenen.
3. Maak de ventilatoren schoon met een doek of een zachte borstel. Gebruik
geen water. Gebruik kunstterpentijn (white spirit) voor het verwijderen
van hardnekkige afzettingen.
Laat de ventilatoren goed drogen voordat ze weer worden gemonteerd.
4. Monteer de ventilatoren. Vergeet niet de voedingskabels van de ventilato-
ren weer aan te sluiten.
5.8
De rotor aandrijfriem vervangen
Als de alarmtekst Rotorbescherming wordt getoond kan de rotor aandrijfriem zijn beschadigd of gebroken, zie
hoofdstuk 4.2.3.
De unit wordt geleverd met een reserve aandrijfriem op de rotor van de warmtewisselaar.
A
1
1
2
D
D
2
B
E
B
C
A
Fig. 8 Afvoer- en toevoerventilatoren
C
33355613 | v1.1