• 6 Geluidssterkte: Stel hier met + en - toet-
sen het volume van het toetsenbord in
• 7 Inschakelen: Stel toon (5) in of uit die
klinkt bij het inschakelen van de telefoon
• 8 Uitschakelen: Stel toon (5) in of uit die
klinkt bij het uitschakelen van de telefoon
• 9 Deksel open: Stel toon (5) in of uit bij het
openen van de deksel.
• 10 Deksel dicht: Stel toon (5) in of uit bij
het sluiten van de deksel.
• 11 Systeemmelding: Hier bepaalt u of
fouttonen klinken (aan of uit).
• 12 Meldingstype: Hier bepaalt u de op-
roep is. Keuze opties zijn: Bellen (alleen
toon), Alleen trillen, Toon en trillen, Trillen
en daarna bellen(toon).
• 13 Beltype: Hier bepaalt u of de telefoon
de oproeptoon éénmaal laat horen of her-
halen.
Vergeet na het wijzigen niet de gegevens op te
slaan.
48