Inhoudsopgave
Advertenties
WAARSCHUWING
Verwisselde luchtaanvoer- en drukleidingen
kunnen tot materiële schade aan het
aggregaat en installatie en als gevolg tot
zwaar lichamelijk letsel leiden!
Zorg ervoor dat de luchtaanvoer- en
drukleidingen bij het aansluiten niet verwisseld
kunnen worden.
Let op de duidelijke markeringen van de
vervoerrichting op de luchtaanvoer- en
drukopeningen.
WAARSCHUWING
Gevaar door onderdruk en overdruk!
Gevaar door uittredende middelen!
Aangesloten leidingen en reservoirs staan
tijdens bedrijf onder onder- resp. overdruk!
Alleen dichte, voldoende stabiele
bevestigingselementen, verbindingen,
leidingen, armaturen en reservoirs voor de
optredende drukken gebruiken.
Zorg ervoor dat de bevestigingselementen en
verbindingen voldoende vast en dicht
aangebracht zijn!
OPGELET
Indien de te vervoeren gassen aan drukzijde in
een gesloten buissysteem geleid worden, moet
ervoor gezorgd worden dat het buissysteem
aan de maximale afvoerdruk aangepast is.
Zo nodig een drukbegrenzingsventiel
inbouwen.
VOORZICHTIG
Buisleidingen/slangen zonder mechanische
spanningen aanbrengen.
Het gewicht van de buisleidingen/slangen
stutten.
4.3.2
Luchtaanvoerleiding aansluiten
WAARSCHUWING
Gevaar door vaste voorwerpen en
verontreinigingen in het aggregaat!
Wanneer vaste voorwerpen in het aggregaat
indringen kunnen bladen van de loopwielen
breken en fragmenten naar buiten geslingerd
worden.
Filter in de luchtaanvoerleiding inbouwen. Filter
regelmatig vervangen!
© Gardner Denver Deutschland GmbH
Via de luchtaanvoerleiding worden de te
vervoeren gassen aangezogen.
De luchtaanvoerleiding op de
luchtaanvoeropening aansluiten.
De luchtaanvoeropening met de
–
bijbehorende geluiddemper is door een pijl
in het aggregaat gemarkeerd.
A Indien een inlaatspruitstuk wordt gebruikt, kan
hij direct in de geluiddemper geschroefd
worden.
B Indien een aanzuigslang wordt gebruikt is een
slangflens noodzakelijk, die als accessoire te
verkrijgen is:
Slangflens op geluiddemper
–
vastschroeven.
Slang op slangflens schuiven en met
–
slangflens bevestigen.
Aanhaalmomenten in acht nemen ( 11)
–
4.3.3
Drukleiding aansluiten
Via de drukleiding worden de te vervoeren
gassen afgevoerd.
De drukleiding op de drukopening aansluiten.
De drukopening met de bijbehorende
–
geluiddemper is door een pijl uit het
aggregaat gemarkeerd.
A Indien een drukleiding wordt gebruikt, kan hij
direct in de geluiddemper geschroefd worden.
B Indien een drukslang wordt gebruikt is een
slangflens noodzakelijk, die als accessoire te
verkrijgen is:
Slangflens op geluiddemper
–
vastschroeven.
Slang op slangflens schuiven en met
–
slangflens bevestigen.
Aanhaalmomenten in acht nemen ( 11)
–
19 / 52
Installatie
610.44521.68.000
Advertenties
Inhoudsopgave
