3.5.1
Voorhoofd-temperatuurmodus
• Controleer altijd of de sondelens schoon en onbeschadigd
is. Het voorhoofd moet droog en schoon zijn.
• Plaats de punt van de sonde ongeveer 1 cm van het midden
van het voorhoofd van de baby (Afb. 1)
• Houd de Voorhoofd-temperatuurtoets ingedrukt totdat u het piepje hoort.
De temperatuur wordt op het LCD-scherm getoond.
Opmerking:
a. Temperatuurmeetbereik: Voorhoofdtemperatuur
modus: 32~42.2°C (89.6~108°F). Bereik van normale lichaamstemperatuur:
36.5~37.2°C (97.8~99°F).
b. Voorhoofdtemperatuur wordt weergegeven in orale modus. Deze modus
converteert de voorhoofdtemperatuur in "oraal equivalent"-waarde.
c. Alvorens de temperatuur te nemen ongeveer 5 minuten
in een stabiele omgeving blijven. Tenminste 30 minuten vóór het opnemen
van de temperatuur geen bad nemen en zware lichamelijke inspanningen
vermijden. De "normale" lichaamstemperatuur verschilt van persoon tot
persoon en kan veranderen afhankelijk van de tijd van de dag en de
omgeving. Het drinken van warme of koude dranken kan de
lichaamstemperatuur met een graad of meer veranderen.
d. Zorg ervoor dat het voorhoofd schoon is en verwijder eventuele
zweetdruppels bij het meten van de temperatuur.
3.5.2
Object-temperaturemodus
Houd de punt van de sonde op een afstand van ongeveer 1 cm afstand van het
vloeistofoppervlak. Houd de Vloeistof-temperatuurtoets bij de melk of het
badwater. Het resultaat van de meting verschijnt op het LCD-scherm.
Opmerking:
a. Temperatuurmeetbereik: Object-temperatuurmodus:
-20~80°C (-7.6~176°F)
b. Toepassingsgebieden zijn ondermeer temperatuurmetingen voor water,
melk, doeken, de huid of andere voorwerpen.
c. Deze modus toont de werkelijke en gecorrigeerde temperatuur, die
verschilt van de lichaamstemperatuur.
Gebruik van de baby monitor
Afbeelding 1
13