Mogelijke storingen
6.2
Reiniging
1. Aan het einde van de werkdag moet het apparaat grondig worden gereinigd.
2. Haal alle voorwerpen uit het apparaat.
3. De binnenkant met warm water en een zacht doekje of sponsje reinigen. Als het
nodig is een mild reinigingsmiddel gebruiken.
4. Neem schone oppervlakken af met een doekje bevochtigd met schoon water.
5. De behuizing van het apparaat en de deur met de frames afvegen met een
zacht, vochtig doekje.
6. Tot slot moeten alle gewassen oppervlakken grondig worden gedroogd.
7. De deur open laten staan zodat het apparaat volledig kan drogen.
8. De condensator moet minstens eenmaal per maand worden schoongemaakt
met een stofzuiger of borstel om opgehoopt stof te verwijderen.
9. Verwijder de metalen afdekking aan de achterkant van het apparaat om de
condensator te reinigen.
7
Mogelijke storingen
Mögliche
De onderstaande tabel beschrijft mogelijke oorzaken en methoden voor het
verwijderen van storingen of fouten die optreden tijdens de werking van het
apparaat. Neem contact op met het servicecentrum als storingen niet kunnen
worden verholpen.
Fout
Het apparaat
schakelt niet in
Het apparaat koelt
niet goed genoeg
190076
Mogelijke oorzaak
Geen stroom
De thermostaat is
beschadigd
De deur sluit niet volledig Controleer de deurafdichting.
Verstopte
ventilatieopeningen
Beschadigde
condensator
Oplossing
Controleer de stekker, het
stopcontact en de zekeringen
Neem contact op met de
service
Reinig het indien nodig.
Controleer de
ventilatieopeningen
De condensator reinigen
NL
15 / 18