van de kabel hoeft af te sluiten met een een ISDN-wandcontactdoos
met afsluitplug of een verdeelblokje. In sommige gevallen lopen
vanaf de NT1 2 kabels (zie afbeelding 4). In dit geval zit de NT1 in
het midden van de ISDN-bekabeling en vormt hij geen uiteinde.
Dit wordt een Y-configuratie genoemd. Bij een Y-configuratie moet
u de afsluitweerstand in de NT1 uitschakelen. Deze handeling wordt
uitgelegd in de gebruiksaanwijzing van de NT1. Aan de beide uit-
einden van de ISDN-bekabeling moet u hetzij een ISDN-wandcon-
tactdoos met afsluitplug, hetzij een verdeelblokje plaatsen.
Afsluitweerstand
1
2
max. 150 m
Afbeelding 4: ISDN-bekabeling waarbij twee ISDN-kabels op de NT1 zijn aangesloten
(Y-configuratie).
Maximumaantal ISDN-wandcontactdozen en ISDN-apparaten
U kunt maximaal 2 ISDN-apparaten rechtstreeks op de NT1 aan-
sluiten. De toestelaansluitsnoeren mogen maximaal 10 m lang zijn.
Zie voor het aansluiten de gebruiksaanwijzing van de NT1.
Als u meer dan dan 2 ISDN-apparaten wilt aansluiten of als u
ISDN-apparaten op meer dan 10 m van de NT1 wilt plaatsen, moet
u elk ISDN-apparaat aansluiten op een ISDN-wandcontactdoos.
Op de ISDN-bekabeling mogen maximaal 12 wandcontactdozen
worden aangesloten. Verdeeld over deze 12 wandcontactdozen
mogen maximaal 8 ISDN-apparaten, zoals een ISDN-telefoon of
ISDN2
NT1, Model S4
LINE OK
230 V/AC
. . .
Afsluitweerstand
max. 10 m
8
17