VLT Automation Low Harmonic Drive Bedie-
ningshandleiding
ALARM 68, Veilige stop ingeschakeld
De veilige stop is geactiveerd. Om terug te keren naar normaal bedrijf
moet 24 V DC op klem 37 worden toegepast en moet vervolgens een
Reset-signaal worden verstuurd (via bus, digitale I/O, of door op [Reset]
te drukken). Zee par. 5-19 Klem 37 Veilige stop.
ALARM 69, Overtemperatuur voedingskaart
De temperatuursensor op de voedingskaart is te warm of te koud.
ALARM 70, ongeldige FC-configuratie
De huidige combinatie van stuurkaart en voedingskaart is niet toege-
staan.
WAARSCHUWING 73, Autorestart Veilige stop
Veilig gestopt. Let op: wanneer een automatische herstart is ingescha-
keld, kan de motor starten zodra de fout is opgeheven.
WAARSCHUWING 77, Modus laag vermogen
Deze waarschuwing geeft aan dat de omvormer met laag vermogen
werkt (d.w.z. met minder dan het aantal toegestane invertersecties). De-
ze waarschuwing wordt gegenereerd bij het uit- en weer inschakelen
wanneer de omvormer is ingesteld om te werken met minder inverters;
de omvormer blijft werken.
ALARM 79, Ongeldige configuratie vermogensdeel
De schalingskaart heeft een onjuist onderdeelnummer of is niet geïnstal-
leerd. Ook de MK102-connector op de voedingskaart kon niet worden
geïnstalleerd.
ALARM 80, Omvormer ingesteld op standaardwaarden
De parameters zijn ingesteld op de standaardwaarden na een handma-
tige reset.
ALARM 244, Temperatuur koellichaam
De rapportwaarde geeft de bron voor het alarm aan (v.l.n.r.):
1-4 Inverter
5-8 Gelijkrichter
ALARM 245, Sensor koellichaam
Geen terugkoppeling van de sensor van het koellichaam. De rapport-
waarde geeft de bron voor het alarm aan (v.l.n.r.):
1-4 Inverter
5-8 Gelijkrichter
ALARM 246, Voeding voedingskaart
De voeding op de voedingskaart is buiten bereik. De rapportwaarde geeft
de bron van het alarm aan (v.l.n.r.):
1-4 Inverter
5-8 Gelijkrichter
ALARM 247, Overtemperatuur voedingskaart
Overtemperatuur voedingskaart. De rapportwaarde geeft de bron van het
alarm aan (v.l.n.r.):
1-4 Inverter
5-8 Gelijkrichter
ALARM 248, Ongeldige configuratie vermogensdeel
Configuratiefout vermogensklasse op voedingskaart. De rapportwaarde
geeft de bron van het alarm aan (v.l.n.r.):
1-4 Inverter
5-8 Gelijkrichter
ALARM 249, Lage temp gelijkr
De temperatuur van het koellichaam van de gelijkrichter is te laag. Dit
kan erop wijzen dat de temperatuursensor defect is.
ALARM 250, Nieuw reserveonderdeel
Het vermogen of de voeding van de schakelmodus is verwisseld. De ty-
pecode voor de frequentieomvormer moet worden hersteld in EEPROM.
Selecteer de juiste typecode in Par. 14-23
van het label op de eenheid. Vergeet niet om 'In EEPROM opslaan' te
selecteren om de procedure te voltooien.
ALARM 251, Nieuwe typecode
De frequentieomvormer heeft een nieuwe typecode.
ALARM 300, Netcont. fout
De terugkoppeling van de netschakelaar kwam niet overeen met de ver-
wachte waarde binnen de voorgeschreven tijd. Neem contact op met uw
leverancier.
ALARM 301, SC cont. fout
De terugkoppeling van de soft-chargeschakelaar kwam niet overeen met
de verwachte waarde binnen de voorgeschreven tijd. Neem contact op
met uw leverancier.
ALARM 302, Cond. overstr.
Er ging te veel stroom door de AC-condensatoren heen. Neem contact op
met uw leverancier.
ALARM 303, Cond. aardfout
In de AC-condensatorstromen is een aardfout opgetreden. Neem contact
op met uw leverancier.
ALARM 304, DC-overstroom
Er ging te veel stroom door de DC-tussenkringcondensator heen. Neem
contact op met uw leverancier.
ALARM 305, Netfreq. lim.
De netfrequentie bevond zich buiten de begrenzingen. Controleer of de
netfrequentie voldoet aan de productspecificatie.
ALARM 306, Compensatielim
De benodigde compensatiestroom overschrijdt de capaciteit van de een-
heid. De eenheid werkt bij volledige compensatie.
ALARM 308, Temp. weerstand
De temperatuur van het koellichaam van de weerstand is te hoog.
ALARM 309, Aardfout netv.
In de netstromen is een aardfout opgetreden. Controleer de netvoeding
op kortsluiting en lekstroom.
ALARM 310, RTDC-buff. vol
Neem contact op met uw leverancier.
ALARM 311, Schak. freq. lim.
De gemiddelde schakelfrequentie van de eenheid overschrijdt de limiet.
Controleer of parameter 300-10 en 300-22 juist zijn ingesteld. Neem
contact op met uw leverancier als de instellingen juist zijn.
ALARM 312, CT-bereik
Er is een meetbeperking voor de stroomtransformator gedetecteerd.
Controleer de verhouding voor de gebruikte CT's.
ALARM 314, Auto CT ondrbr
Automatische CT-detectie werd onderbroken door de gebruiker.
ALARM 315, Auto CT fout
Er is een fout opgetreden tijdens het uitvoeren van de automatische CT-
detectie. Neem contact op met uw leverancier.
ALARM 316, CT-locatiefout
De Auto CT-functie kon de juiste locaties van de CT's niet bepalen.
®
MG.34.O1.10 – VLT
is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
9 Problemen verhelpen
Instelling typecode
op basis
9
173