Pagina 3
Nokia voert een beleid dat gericht is op voortdurende ontwikkeling. Nokia behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit document worden beschreven. VOOR ZOVER MAXIMAAL TOEGESTAAN OP GROND VAN HET TOEPASSELIJKE RECHT, ZAL...
Inhoudsopgave Voor uw veiligheid ....6 Het navigatiesysteem in de gewenste stand zetten..... 19 1. Inleiding ........ 7 Geheugenkaart ........20 Draadloze Bluetooth-technologie..7 De geheugenkaart plaatsen..20 Global Positioning System (GPS)..7 Bestanden kopiëren naar Dvd ............. 8 de geheugenkaart......20 2.
Pagina 5
5. Oproepen ......40 Beltoon..........45 Opbellen ..........40 Beltoonvolume........45 Een nummer invoeren via 6. Muziekspeler ..... 46 het toetsenblok......... 40 De FM-zender of de Een opgeslagen contactpersoon koptelefoon gebruiken ....... 46 bellen........... 41 FM-zender.......... 46 Oproepinfo ......... 41 Koptelefoon ........
V o o r u w v e i l i g h e i d Voor uw veiligheid Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie.
I n l e i d i n g 1. Inleiding Met de Nokia 500 Auto Navigatie kunt u gebruikmaken van GPS- navigatie in uw auto, maar ook op de fiets, tijdens een wandeling of bij andere activiteiten buitenshuis. Ook kunt u er mee bellen, foto's en videoclips bekijken en naar muziek luisteren.
I n l e i d i n g onder meer afhankelijk van het aantal satellieten en de signalen die de GPS-module daarvan ontvangt. In optimale omstandigheden is het systeem zelfs tot op enkele meters nauwkeurig. De GPS-antenne bevindt zich boven op het navigatiesysteem. Sommige autoruiten bevatten metaal, waardoor de satellietontvangst kan worden geblokkeerd of verzwakt.
Pagina 9
I n l e i d i n g • Nieuwe inhoud van de dvd naar een andere geheugenkaart kopiëren. • De gebruikershandleiding lezen die in verschillende talen op de dvd beschikbaar is. Als u gegevens wilt kopiëren naar de geheugenkaart, controleer dan eerst of de kaart niet vergrendeld is.
A a n d e s l a g 2. Aan de slag Toetsen en onderdelen Bepaalde delen van het apparaat zijn magnetisch. Metalen voorwerpen kunnen worden aangetrokken door het apparaat. Houd creditcards en andere magnetische opslagmedia uit de buurt van het apparaat, omdat de gegevens die op deze media zijn opgeslagen, kunnen worden gewist.
Laders Gebruik voor de stroomtoevoer naar dit apparaat de bijgeleverde DC-1001-lader. Waarschuwing: Gebruik alleen laders die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik bij dit apparaat. Het gebruik van alle andere typen kan de goedkeuring of garantie doen vervallen en kan gevaarlijk zijn.
A a n d e s l a g De batterij opladen Lees eerst zorgvuldig het onderwerp "Informatie over de batterij", pagina 53 voordat u de batterij gaat opladen. 1. Sluit de lader aan op de mini-USB-poort van het navigatiesysteem en steek de oplaadstekker in de sigarettenaanstekeraansluiting van uw auto.
A a n d e s l a g Eerste gebruik Om het navigatiesysteem de eerste keer aan te zetten, schuift u de aan/ uit-schakelaar naar rechts. Als er een bericht verschijnt met de vraag of u het scherm wilt kalibreren, raakt u met uw vinger kort de weergegeven kruiscursor aan.
A a n d e s l a g Als u het navigatiesysteem dagelijks gebruikt, activeer dan de stand-by stand in plaats van het apparaat steeds helemaal uit te schakelen. Het apparaat is dan sneller gebruiksklaar als u een route wilt plannen of een andere bewerking wilt uitvoeren.
Bluetooth-apparaten en selecteert u vervolgens het navigatiesysteem (Nokia PND) in de lijst met gevonden apparaten op de telefoon. 5. Voer op de telefoon het wachtwoord 0000 in om af te stemmen met het navigatiesysteem en een verbinding tot stand te brengen.
Automatisch verbinding maken U kunt de afgestemde telefoon zo instellen dat er automatisch verbinding met het navigatiesysteem wordt gemaakt wanneer het navigatiesysteem wordt ingeschakeld. Op Nokia-apparaten doet u dit door de instellingen voor afgestemde apparaten in het Bluetooth-menu te wijzigen. Afstemmingen verwijderen...
A a n d e s l a g Als u Bluetooth wilt uitschakelen wanneer er wel een apparaat is verbonden met het navigatiesysteem, drukt u op de menutoets en wijst u op Telefoon > > > Ja. U kunt Bluetooth inschakelen door op de menutoets te drukken en te wijzen op Telefoon >...
Gebruik de bijgeleverde schroef (1) om de houder aan het montagehulpstuk te bevestigen en klik het bijgeleverde afdekplaatje (met de tekst 'Nokia'), op de schroef. Het montagehulpstuk aan de voorruit bevestigen Zoek een veilige plaats op de voorruit, reinig het oppervlak grondig met een reinigingsmiddel voor glas en een schone doek.
A a n d e s l a g Druk de zuignap stevig op de voorruit en druk de vergrendelingshendel boven de zuignap voorzichtig in de richting van de zuignap, zodat er tussen de zuignap en de voorruit een vacuüm ontstaat (2). Controleer vervolgens of de zuignap stevig vastzit.
Capacity), wat betekent dat geheugenkaarten met een maximale opslagcapaciteit van 16 GB kunnen worden gebruikt. Gebruik alleen compatibele SD-kaarten die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat. Nokia maakt gebruik van goedgekeurde industriële normen voor geheugenkaarten, maar sommige merken zijn mogelijk niet geheel compatibel met dit apparaat.
Pagina 21
A a n d e s l a g De map Cities op de geheugenkaart is vereist voor het gebruik van de toepassing Navigator. Deze map mag u dan ook niet handmatig wijzigen of verwijderen. De map kan indien nodig altijd worden hersteld vanaf de dvd. Zie "Dvd", pagina 8 voor informatie over het kopiëren van bestanden naar de geheugenkaart vanaf de bijgeleverde dvd.
B a s i s h a n d e l i n g e n 3. Basishandelingen Touchscreen De meeste functies van het apparaat kunt u gebruiken door met uw vinger het scherm aan te raken. In deze handleiding wordt dit 'wijzen op' genoemd.
B a s i s h a n d e l i n g e n Het kaartscherm bevat de volgende symbolen: De signaalsterkte van de GPS-antenne is goed. De signaalsterkte van de GPS-antenne is onvoldoende voor navigatie. De batterij is volledig opgeladen. De batterij is bijna leeg.
B a s i s h a n d e l i n g e n Taal U kunt de taal selecteren voor de weergaveteksten van het apparaat door te wijzen op Taal. Wijs op om door de beschikbare talen te bladeren.
B a s i s h a n d e l i n g e n • Om de zomertijd in of uit te schakelen, wijst u in Zomertijd op de huidige instelling totdat de gewenste optie wordt weergegeven. • Om de 12-uurs of 24-uurs tijdnotatie te kiezen, wijst u in Tijdnotatie op de huidige instelling totdat de gewenste optie wordt weergegeven.
In sommige landen kunnen beperkingen gelden ten aanzien van het gebruik van FM-zenders. Raadpleeg de lokale autoriteiten voor meer informatie. Het is ook mogelijk dat u op www.nokia.com of op de Nederlandse website van Nokia hierover informatie wordt gegeven. Opnieuw instellen...
N a v i g a t o r 4. Navigator Het navigatiesysteem heeft een interne GPS-ontvanger voor het bepalen van uw huidige positie en voor routenavigatie (“turn-by-turn- navigatie”). Wanneer u het apparaat aanzet, verschijnt de kaartweergave van de toepassing Navigator. U gebruikt de navigatie door op de menutoets te drukken en op Telefoon te wijzen.
N a v i g a t o r Trackingmodus In de trackingmodus volgt de kaart uw GPS-positie en wordt de volgende informatie weergegeven: 1. Huidige snelheid 2. Tijd 3. Hoogte ten opzichte van zeeniveau 4. Geografische coördinaten 5. Aantal GPS-satellieten waarmee het apparaat verbinding heeft 6.
N a v i g a t o r Bladermodus In de bladermodus is de onderkant van het scherm oranje en bevindt het noorden zich boven. De kaart toont de volgende informatie: 1. Kompasroos 2. Naam van huidige positie 3. Huidige GPS-positie 4.
N a v i g a t o r Naar een bestemming navigeren Als u naar een bestemming wilt navigeren, drukt u op de menutoets, wijst u op Navigator > Bestemming en op een van de volgende opties: • Adres –...
N a v i g a t o r Navigatiescherm Nadat de route naar de bestemming is berekend, wordt het navigatiescherm weergegeven: 1. Volgende straat 2. Route 3. Volgende afslag en afstand tot afslag 4. Huidige snelheid 5. Geschatte aankomsttijd op bestemming 6.
N a v i g a t o r Voor wegen met eenrichtingsverkeer wordt de toegestane rijrichting aangegeven met een blauwe pijl. Wijs op de kaart om te bladeren. Als u de navigatie wilt beëindigen, wijst u op Beschikbare functies in het navigatiescherm U kunt de beschikbare functies tijdens het navigeren openen door te wijzen op .
N a v i g a t o r Naar een adres navigeren Als u wilt zoeken naar een adres waar u naartoe wilt navigeren, drukt u op de menutoets en wijst u op Navigator > Bestemming > Adres. U selecteert het land, de plaats (of postcode), de straat en het huisnummer (optioneel) door een voor een op de velden te wijzen en de informatie in deze volgorde in te voeren met behulp van het weergegeven toetsenblok.
N a v i g a t o r Favorieten Als u naar bestemmingen wilt navigeren of bestemmingen wilt beheren die u als favorieten hebt opgeslagen, drukt u op de menutoets, wijst u op Navigator > Bestemming > Favorieten en op een van de volgende opties: Thuis en werk (uw thuis- of werkadres),...
N a v i g a t o r • Als u aan de reis een tussenstop wilt toevoegen, wijst u op + en op de gewenste optie. Als u een op de kaart weergegeven locatie wilt toevoegen, wijst u op Kaart, zoomt u zo nodig in of uit op de kaart, sleept u de kaart met uw vinger totdat de cursor op de gewenste locatie staat en wijst u op .
N a v i g a t o r wijzigen, wijst u op het routepunt dat u wilt verplaatsen en wijst u op de pijl-omhoog of -omlaag. Nadat u de route hebt ingesteld, wijst u op voor de volgende opties: •...
N a v i g a t o r kunnen gebruiken, moet u de lader aangesloten laten op het navigatiesysteem omdat de TMC-antenne in de lader is ingebouwd. De verkeersincidenten op uw route worden in de lijst met rood weergegeven. De volgende informatie kan worden getoond: de naam van de straat waar het incident plaatsvond, het soort van incident en de afstand tot het incident vanaf uw huidige positie.
N a v i g a t o r talen kunt u de optie tekst-naar-spraak selecteren (aangegeven door “TTS” - Text-to-Speech) zodat u tijdens de navigatie straatnamen, huisnummers, namen van afslagen op snelwegen en plaatsnamen te horen krijgt. Wanneer u een TTS-optie selecteert, zijn de gesproken instructies langer.
N a v i g a t o r • Snel – hierbij wordt uitgegaan van rijden met maximumsnelheid op snelwegen. • Langzaam – hierbij wordt uitgegaan van een lagere snelheid. • Fiets – hierbij wordt rekening gehouden met fietspaden en worden wegen waar fietsverkeer niet is toegestaan, vermeden.
O p r o e p e n 5. Oproepen Als u een oproep beantwoordt terwijl u de toepassing Navigator gebruikt, worden de gesproken navigatie-instructies uitgeschakeld totdat u de oproep beëindigt. Om de kaart weer te geven en het scherm met oproepopties te minimaliseren, drukt u op de menutoets.
O p r o e p e n 4. Druk op om het gesprek te beëindigen of om het bellen van een nummer te annuleren. Een opgeslagen contactpersoon bellen Om een contactpersoon te bellen die u hebt gedownload van uw mobiele telefoon, drukt u op de menutoets en wijst u op Telefoon >...
O p r o e p e n menutoets en wijst u op Telefoon > Spraakkeuze. Deze functie kan alleen worden gebruikt als er geen oproep actief is en als uw telefoon deze functie ondersteunt bij gebruik met het navigatiesysteem. Spreek het spraaklabel uit wanneer u wordt gevraagd dit te doen.
O p r o e p e n toestaat en geen geheim nummer heeft. Om een nummer in de lijst te bellen, wijst u op het nummer. Als u de oproep niet wilt aannemen, wijst u op Wisselgesprek Wisselgesprek is een voorziening die door het netwerk wordt aangeboden.
O p r o e p e n • U kunt tijdens een gesprek DTMF-tonen verzenden (bijvoorbeeld een wachtwoord) door op DTMF te wijzen. Wijs op de tekens die u als tonen wilt verzenden. Dit is een voorziening die door het netwerk wordt aangeboden.
O p r o e p e n Beltoon Als u de beltoon voor inkomende oproepen wilt selecteren, wijst u in Beltoon op de huidige instelling. Er wordt een lijst met de beschikbare tonen weergegeven. Wijs op de gewenste toon en op Afspelen om de toon te beluisteren of op...
M u z i e k s p e l e r 6. Muziekspeler Om nummers af te spelen die u op de geheugenkaart hebt opgeslagen, drukt u op de menutoets en wijst u op Muziek. Zie "Geheugenkaart", pagina 20 voor informatie over het kopiëren van bestanden naar de geheugenkaart.
M u z i e k s p e l e r FM-frequentie op de autoradio en stel het volume van de radio af. De muziek wordt nu afgespeeld via de luidsprekers in de auto. Het gebruik van de FM-zender betekent dat de batterij zwaarder wordt belast en dat de gebruiksduur afneemt.
M u z i e k s p e l e r Om door het nummer te schuiven, verplaatst u de schuifbalk onder de titel van het nummer. Het volume kunt u afstellen door op een van de volumetoetsen te drukken.
V i d e o s p e l e r 7. Videospeler Om videoclips af te spelen die u op de geheugenkaart hebt opgeslagen, drukt u op de menutoets en wijst u op Galerij > Video's. Zie "Geheugenkaart", pagina 20 voor informatie over het kopiëren van bestanden naar de geheugenkaart.
Pagina 50
V i d e o s p e l e r Als u de geselecteerde video of video's wilt bekijken, wijst u op Tijdens het bekijken van een video hebt u de volgende mogelijkheden: • U kunt het afspelen onderbreken door te wijzen op .
A f b e e l d i n g e n b e k i j k e n 8. Afbeeldingen bekijken Om afbeeldingen te bekijken die u op de geheugenkaart hebt opgeslagen, drukt u op de menutoets en wijst u op Galerij >...
Pagina 52
A f b e e l d i n g e n b e k i j k e n Als u de geselecteerde afbeelding of afbeeldingen wilt bekijken, wijst u Tijdens het bekijken van een afbeelding hebt u de volgende mogelijkheden: •...
De batterij kan honderden keren worden opgeladen en ontladen maar na verloop van tijd treedt slijtage op. Laad de batterij alleen opnieuw op met laders die door Nokia zijn goedgekeurd en bestemd zijn voor dit apparaat. Het gebruik van een niet-goedgekeurde lader brengt het risico met zich mee van brand, explosie, lekkage of ander gevaar.
B e h a n d e l i n g e n o n d e r h o u d Behandeling en onderhoud Uw apparaat is een product van toonaangevend ontwerp en vakmanschap en moet met zorg worden behandeld. De volgende tips kunnen u helpen om de garantie te behouden.
Pagina 55
Nokia. Voor de Eco-Verklaring voor het product of instructies over het inleveren van uw overbodig geworden product,...