d
Zet [Doorvoermarge voor optie Geen
doorvoer] op de gewenste instelling.
Na de laatste pagina wordt er papier
uitgeworpen op basis van deze
instelling.
Pagina's met een oneindige lengte
(bijvoorbeeld geologische opnamen
of polygrafische kaarten)
a
Zet het papierformaat op [Oneindig].
b
Alleen in Windows
op [Rol].
c
Zet [Formulierinvoermodus] op [Geen
doorvoer].
d
Zet [Doorvoermarge voor optie Geen
doorvoer] op de gewenste instelling.
Na de laatste pagina wordt er papier
uitgeworpen op basis van deze
instelling.
e
Controleer of in het
computerprogramma een boven- en
ondermarge van nul (0) is opgegeven.
Geperforeerd papier van een
rol
Voor geperforeerd papier van een rol
configureert u de printerdriver als volgt.
a
Selecteer het juiste papierformaat.
®
Windows
: Letter, A4 of Legal
®
Mac OS
: US Letter (Geperforeerde rol)
of US Letter (Geperforeerde rol
Terugtrekking) enzovoort.
b
Alleen in Windows
op [Geperforeerde rol] of
[Geperforeerde rol Terugtrekking].
2
®
: zet [Papiertype]
2
®
: zet [Papiertype]
c
Zet [Formulierinvoermodus] op
[Einde van pagina] of [Einde van
pagina Terugtrekking].
Wanneer [Geperforeerde rol] is
geselecteerd, wordt er tussen de
pagina's in geen papier doorgevoerd en
wordt het afdrukgebied voor alle
papierformaten (ook eigen formaten)
verkleind. Wanneer [Geperforeerde rol
Terugtrekking] is geselecteerd, wordt
er tussen de pagina's in wel papier
doorgevoerd en is het afdrukgebied
gelijk aan dat bij losse vellen papier.
De printer gebruiken
25
2