Probleemoplossing
Als u problemen ondervindt bij het instellen of gebruiken van uw beeldscherm, kunt u dit probleem
mogelijk oplossen. Voordat u contact opneemt met uw dealer of Lenovo, moet u de volgende
voorgestelde acties proberen, afhankelijk van het probleem dat u ondervindt.
Tabel 3-2. Probleemoplossing
Probleem
"Buiten bereik" wordt
weergegeven op het
scherm en de
voedingsindicator
knippert wit.
Slechte beeldkwaliteit
De stroomindicator licht
niet op en er worden geen
beelden weergegeven.
Het scherm is leeg en de
stroomindicator is amber.
De stroomindicator is
amber en er worden geen
beelden weergegeven
Een of meer pixels
veranderen van kleur
Hoofdstuk 3. Referentie informatie 3-3
Mogelijke oorzaken
Dit beeldscherm ondersteunt de
weergavemodus die door het
systeem werd ingesteld niet
De videosignaalkabel is niet
goed aangesloten op het
beeldscherm of het systeem.
De kleurinstelling is mogelijk
onjuist.
De automatische
beeldinstellingsfunctie wordt
niet uitgevoerd.
•De aan/uit-schakelaar van het
beeldscherm is niet
ingeschakeld.
•Het netsnoer zit los of is niet
aangesloten.
•Het stopcontact heeft geen
elektriciteit.
Het scherm staat in de stand-
by/ophang modus
De videosignaalkabel zit los of
is niet aangesloten op het
systeem of beeldscherm.
De helderheid en het contrast
van het scherm staan op hun
laagste instellingen.
Dit is een inherent kenmerk
van LCD-technologie en is
geen LCD-defect.
Aanbevolen bewerkingen
•Als u een oud beeldscherm
vervangt, sluit u dit opnieuw aan
en past u de weergavemodus aan
naar het bereik dat door het
nieuwe beeldscherm wordt
ondersteund.
•Als u een Windows-systeem
gebruikt, start u het systeem
opnieuw op in de veilige modus
en selecteert u een ondersteunde
weergavemodus voor uw
computer.
•Als deze opties niet werken,
neem dan contact op met de
klantenondersteuning.
Zorg ervoor dat de signaalkabel
goed is aangesloten op het
systeem en het beeldscherm.
Kies een andere kleurinstelling
in het OSD-menu.
Voer de automatische
beeldinstelling uit.
•Zorg ervoor dat het netsnoer
goed is aangesloten.
•Zorg ervoor dat het stopcontact
stroom heeft.
•Zet het beeldscherm aan.
•Verwissel het netsnoer.
•Verander van stopcontact.
•Druk op een willekeurige toets
op het toetsenbord of beweeg de
muis om de werking te
hervatten.
•Controleer de instellingen voor
energiebeheer op de computer.
Zorg ervoor dat de videokabel
goed is aangesloten op het
systeem.
Pas de instellingen voor
Helderheid en Contrast aan in
het OSD-menu.
Als er meer dan vijf pixels
ontbreken, neem dan contact op
met het Support Center
Raadpleeg
"Ondersteunde
weergavemodus
selecteren" op
pagina's 2-7
"Het beeldscherm
aansluiten en
inschakelen" op
pagina's 1-4
"Het schermbeeld
aanpassen" op
pagina's 2-3
"Het schermbeeld
aanpassen" op
pagina's 2-3
"Het beeldscherm
aansluiten en
inschakelen" op
pagina's 1-4
"Energiebeheer
begrijpen" op
pagina's 2-8
"Het beeldscherm
aansluiten en
inschakelen" op
pagina's 1-4
"Het schermbeeld
aanpassen" op
pagina's 2-3
"Bijlage A. Service
en ondersteuning" op
pagina's A-1