6
Bevestiging van elektrische rolstoel (Onbezet)
NB: U dient behalve onderstaande algemene richtlijnen tevens alle waarschuwingen, instructies
en aanbevelingen van de WTORS-fabrikant.
Bevestig de elektrische rolstoel altijd naar voren gericht in het voertuig.
Bevestig de vier, zes of acht bevestigingsriemen uitsluitend aan de speciale en gelabelde
verankerpunten voor vervoer. Deze worden op de elektrische rolstoel aangegeven door
ankersymbolen. Zie figuun 1 tot en met 4. Trek de riemen strak, zodat er geen enkele speling is.
Bevestig de bevestigingsmiddelen nooit aan verstelbare, bewegende of verwijderbare onderdelen
van de elektrische rolstoel zoals armleuningen, beensteunen en wielen.
Plaats de verankerpunten voor de achterste bevestigingsriemen achter de achterste
bevestigingspunten op de elektrische rolstoel. De voorste bevestigingsriemen dienen te worden
verankerd aan vloerpunten die wijder uit elkaar zijn geplaatst dan de elektrische rolstoel voor
verhoogde laterale stabiliteit. Zie figuur 1.
WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat elektrische rolstoelen met een Pride Transit-
beveiligingssysteem tijdens het vervoer op de juiste wijze aan het voertuig worden
verankerd. Elektrische rolstoelen die niet correct zijn verankerd kunnen bij een
ongeval, bij plotseling stilstaan of bij plotseling uitwijken een gevaar vormen voor
de gebruiker en andere inzittenden van het voertuig, omdat de elektrische rolstoel
zou kunnen omvallen of wegglijden.
WAARSCHUWING! De stoel van de elektrische rolstoel mag nooit worden verhoogd
of verhoogd terwijl de elektrische rolstoel is vastgezet in een voertuig voor bezet of
onbezet vervoer. Het negeren hiervan kan persoonlijk letsel en/of materiële schade
tot gevolg hebben.
VOORKANT
VAN HET VOERTUIG
Figuur 1. Bevestiging van de elektrische rolstoel
(HAAK) OF (TOUW
VASTGEBONDEN)
Figuur 2. Bevestigingssysteem
(HAAK) OF (TOUW
VASTGEBONDEN)