Installatiehandleiding van de Themacondens F37/50, FAS37
8.5 Storingsoorzaken
Voor eventuele oplossingen, zie tabel 11
1
kamerthermostaat is niet juist aangesloten
2
kamerthermostaat schakelt niet uit, kortsluiting in de kabel.
3
Voeler maakt kortsluiting in de kabel of intern.
4
pomp draait niet/zit vast.
5
Waterdruk in de cv-installatie is te laag.
6
Waterdruk in de cv-installatie is te hoog.
7
Ventilator is niet aangesloten (stekker vergeten aan te sluiten).
8
Ventilator is vervuild.
9
Ventilator is defect.
10
Gaskraan is niet geopend.
11
Gasdruk is te laag.
12
Gasleiding diameter te gering.
13
Code key niet gemonteerd. Code key maakt geen goede verbinding met automaat. Code key type
fout.
14
zekering defect.
15
Na het programmeren met behulp van een pC zal deze code zichtbaar zijn.
16
Gasklepinstelling bij het laagste toerental is niet correct.
17
Gasklep is elektrisch niet of onjuist aangesloten.
18
ontsteekkabel onderbroken of niet juist aangesloten.
19
Transfo defect.
20
Aansluitstekker naar gasklep niet juist aangesloten, of vocht insluiting.
21
pompstekker niet juist aangesloten.
22
Sifon verstopt.
23
Lucht in het systeem, handontluchter openen en sluiten, na ontluchten.
24
Driewegklep is vervuild.
25
Te veel weerstand in het afvoersysteem of afvoersysteem vervuild.
26
Afvoersysteem is lek naar het toevoersysteem; recirculatie rookgas, uitsluitend bij concentrische
aansluiting.
27
Toevoersysteem watert in.
29
Warmtewisselaar is intern vervuild (onvoldoende circulatie).
30
oververhittingbeveiliging defect.
31
Maximale belasting te hoog.
34
Branderautomaat defect.
35
ontsteekelektrode defect (porselein gescheurd), afstand tot brander is onjuist.
36
Vocht op de kabels van de gasklep of ontsteekkabel.
37
Vocht op de printplaat van de branderautomaat.
38
Vocht in de pompbedrading.
39
Vocht op ventilator of aansluiting.
40
Stekker ventilator onjuist aangesloten.
- 57 -