13. Registreer de meetwaarden.
Deze zijn te vinden op de registratiekaart en in hoofdstuk 11 van deze handleiding.
14. Zet de ventilatiebediening op de stand Afwezig.
15. Stel de instelling Ventilator langzaam afname in.
Het doel is een ventilatiedebiet gelijk aan 30% van het debiet op hoogstand.
− Controleer met de anemometer.
7.7
CIRCULATIEPOMP INREGELEN
Stel de circulatiepomp in om het juiste debiet te halen in het verwarmingssysteem. In
totaal heeft het apparaat minimaal 3 L/min nodig om goed te functioneren. Als alle
groepen open staan, moet er naar iedere groep minimaal 1 L/min gaan om iedere
groep van voldoende warmte te voor zien.
Volg voor het instellen van de circulatiepomp de volgende stappen:
1. Ga in het hoofdmenu van het display naar:
− Geavanceerde instellingen
− Algemene instellingen
2. Houd de knop 5 seconden ingedrukt om in het servicemenu te komen.
3. Accepteer het pop-up scherm door op het vinkje te klikken.
4. Ga in het servicemenu naar:
− Basis installatie
− Cv circulatiepomp
5. Stel cv circulatiepomp in tussen 30 en 100%. Hoe hoger de weerstand in het
verwarmingssysteem, hoe hoger het benodigde percentage.
60