Afbeelding 1-3 SEOL-bekabeling
Dubbele End of Line (DEOL)-weerstanden
Wanneer er dubbele End-of-Line (DEOL)-weerstanden zijn geïnstalleerd
aanhet einde van een zonelus, zorgt de tweede weerstand ervoor dat het
paneel in staat is om te bepalen of de zone in alarm, gesaboteerd, of foutief
is.
Opmerking: Elke zone geprogrammeerd voor brand of 24-uurs toezicht
moet worden aangesloten met een SEOL-weerstand, ongeacht het type van
de zonebedrading voor toezicht die is geselecteerd voor het paneel. Als u
de zonetoezichtopties wijzigt van DEOL naar SEOL of van NC naar
DEOL, dient het systeem volledig uitgeschakelt te worden, en weer
ingeschakeld te worden voor een juiste werking.
Om DEOL-toezicht mogelijk te maken, programmeert u in sectie [013]
optie [1] op UIT en optie [2] op AAN.
Afbeelding 1-4 DEOL-bekabeling
Belbedrading
Deze aansluitingen leveren 700mA vermogen op 10,4 - 12,5VDC voor
commerciële/residentiële installaties. Om te voldoen aan de vereisten voor
NFPA 72, Temporal Three Pattern, moet sectie [013] opt [8] AAN zijn.
Let op: vaste, pulsgebaseerde alarmen worden ook ondersteund.
Afbeelding 1-5 Belbedrading
De beluitvoer staat onder toezicht en wordt stroombeperkt door 2A PTC.
Sluit een 1000Ω-weerstand tussen Bel+ en Bel- aan om te voorkomen dat
het paneel een probleem weergeeft. Zie "[*][2] Probleemweergave" op
pagina 8.
Telefoonlijnbekabeling
Sluit de telefoon verbindingsaansluitingen (TIP, ring, T-1, R-1) op een RJ-
31x-connector aan zoals aangegeven in figuur 1.6. Bekabel in de
aangegeven volgorde voor het aansluiten van meerdere apparaten op de
telefoonlijn. Gebruik 26 AWG als kabelminimum voor bekabeling.
PowerSeries Neo-installatiegids
Afbeelding 1-6 Telefoonlijnbekabeling
Telefoonindeling wordt geprogrammeerd in de optie [350]. Richtingen van
het telefoongesprek worden geprogrammeerd in de opties [311]-[318].
Aardebekabeling
Afbeelding 1-7 Installatie aarde
Opmerking: Sluit de EGND-aansluitklem met behulp van een geïsoleerde
groene kabel (minimaal 22AWG) op de Corbus aan en de aardingskabel
van de elektrische installatie van het gebouw op een van de beschikbare
gaten aan de achterkant of zijkant van de metalen behuizing. Zie het
diagram dat aan de kast is bevestigd voor de voorgestelde GND-
puntlocatie en hardware-aanbevelingen.
Opmerking: Kabel en installatiehardware zijn niet inbegrepen.
Aanmelden
Alle optieele modules en apparaten moeten worden aangemeld op het
systeem. Tijdens de aanmelding wordt het elektronische serienummer
(ESN) van elk apparaat geïdentificeerd voor het bedienpaneel en worden
zones toegewezen. Een draadloze transceiver HSM2HOST of een RF-
bedienpaneel moeten eerst worden aangemeld voordat er draadloze
apparaten kunnen worden aangemeld.
Modules aanmelden
Tijdens de automatische en handmatige aanmelding klinkt er een fouttoon
als er een poging wordt gedaan om meer dan het maximale aantal modules
aan te melden, en wordt er een bericht weergegeven op de LCD-
bedienpanelen.
Tabel 1-5 Modulecapaciteit
Module
HSM2108 8 zoneuitbreider
HSM2208 8 uitvoeruitbreider
Draadloos bedienpaneel:
HS2LCDRF(P)4
HS2ICNRF(P)4
HS2LCDWF(P)(V)4
HS2TCHP touchscreen bedienpaneel
- 5 -
HS2016 HS2032 HS2064 HS2128
1
3
7
15
2
4
8
16
8
8
8
16
8
8
8
16