Inhoudsopgave
Advertenties
Algemene instellingen (Menu)
Parameter
Beschrijving
Schakelt de Insert Loop-functie in/uit.
INS
(INSERT LOOP SWITCH)
OFF, ON
SWP
(ON/OFF SWITCH FUNCTION
PREFERENCE)
MEP
(MEMORY SWITCH
FUNCTION PREFERENCE)
MEM
C1P
gebruikt.
(CTL1 FUNCTION
SYS
PREFERENCE)
ongeacht het geheugen.
C2P
(CTL2 FUNCTION
PREFERENCE)
EPP
(EXPRESSION FUNCTION
PREFERENCE)
Geef het schakelbereik van het geheugen
ETF
(EXTENT FROM)
aan (MEMORY EXTENT FROM-TO).
ETT
MAN
(EXTENT TO)
Geeft het MIDI-ontvangstkanaal aan.
Als dit "oFF" is, worden geen MIDI-berichten
RCH
ontvangen.
(MIDI RECEIVE CHANNEL)
1–16, oFF
Specificeert het antwoord van de FLANGER,
PHASER en AUTO WAH.
G/B
(GUITAR/BASS MODE)
GTR
BAS
14
:
De instelling in het geheugen wordt
(MEM)
:
De functie van de controller is vast,
(SYS)
, M-1
–M.27
(MANUAL)
(MEMORY 1)
(MEMORY 127)
Instellingen voor de gitaar.
(Gitaar):
Instellingen voor de bas.
(Bas):
Parameter
Beschrijving
Specificeert de functie van E.LEVEL wanneer
CHORUS of CE-1 CHORUS als modus zijn
geselecteerd.
De E.LEVEL-regelaar past de balans tussen
het directe geluid en het effectgeluid aan als
dit op ELV (EFFECT LEVEL) wordt ingesteld.
CMD
(CHORUS CONTROL MODE)
De E.LEVEL-regelaar past het gecombineerde
volume van het directe geluid en het
effectgeluid aan als dit op TTL (TOTAL
LEVEL) wordt ingesteld. In dit geval worden
het directe geluid en het effectgeluid in een
1:1-verhouding gemixt.
Geeft het MIDI-verzendkanaal aan.
Als dit "oFF" is, worden geen MIDI-
berichten verzonden.
TCH
Als dit RECEIVE is, wordt dezelfde instelling
(MIDI TRANSMIT CHANNEL)
als het ontvangstkanaal gebruikt.
1–16, RCv
Geeft aan of programmawijzigingen worden
Pin
(PC IN)
ontvangen
Geeft aan of programmawijzigingen worden
verzonden
Correspondentie tussen geheugens en
programmanummers
Pot
(PC OUT)
Geheugen
MAN
MEMORY 1–127
, oFF
(RECEIVE)
(on)
of niet ontvangen (oFF).
(on)
of niet verzonden (oFF).
Programmanummer
1
2–128
Advertenties
Inhoudsopgave
