5 Configuratie
Aanvoerwatertemperatuur: Delta T bron
#
Code
[A.3.1.3.1]
[9-09]
Verwarming: vereist
temperatuurverschil tussen retour- en
aanvoerwater.
Als er een minimaal
temperatuurverschil moet zijn voor de
goede werking van de warmteafgevers
in de stand Verwarming.
De aanvoerwatertemperatuur: Modulatie
#
Code
[A.3.1.1.5]
[8-05]
Modulatie aanvoerwatertemperatuur:
▪ 0 (Nee): Uitgeschakeld
▪ 1
aanvoerwatertemperatuur
berekend op basis van het verschil
tussen
kamertemperatuur en de werkelijke
kamertemperatuur.
Op deze manier kan de warmtepomp
beter
benodigde
de warmtepomp minder dikwijls moet
starten en stoppen en het systeem
aldus zuiniger werkt.
Nvt
[8-06]
Maximummodulatie van de
aanvoerwatertemperatuur:
0°C~10°C (standaard: 3°C)
Heeft modulatie nodig om te kunnen
worden ingeschakeld.
Dit is de waarde waarbij de gewenste
aanvoerwatertemperatuur wordt
verhoogd of verlaagd.
INFORMATIE
Wanneer modulatie van de aanvoerwatertemperatuur is
ingeschakeld, moet de weersafhankelijke curve hoger
worden ingesteld dan [8-06] plus het instelpunt van de
minimum aanvoerwatertemperatuur nodig om een stabiele
toestand voor het comfortinstelpunt voor de kamer te
bekomen. Voor meer efficiëntie kan modulatie het
instelpunt van de aanvoerwatertemperatuur verlagen. Door
de weersafhankelijke curve hoger te plaatsen kan deze
verlaging niet onder het minimuminstelpunt vallen. Zie
onderstaande afbeelding.
T t
+[8-06]
−[8-06]
Installatiehandleiding
16
Beschrijving
Beschrijving
(Ja):
Geactiveerd.
De
wordt
de
gewenste
voldoen
aan
de
werkelijk
capaciteit,
waardoor
a
b
T a
a
Weersafhankelijke curve
b
Instelpunt minimum aanvoerwatertemperatuur vereist om
een stabiele toestand te bekomen voor het
comfortinstelpunt voor de kamer.
Aanvoerwatertemperatuur: Afgiftesysteem
#
Code
[A.3.1.1.7]
[9-0B]
Reactietijd van het systeem:
▪ 0:
watervolume
ventilatorconvectoren.
▪ 1: Langzaam. Voorbeeld: Groot
watervolume,
vloerverwarminglussen.
Afhankelijk van het
systeemwatervolume en het type van
warmteafgiftesystemen kan het langer
duren om een ruimte te verwarmen.
Deze instelling kan een langzaam of
een snel verwarmingssysteem
compenseren door de capaciteit van de
unit aan te passen tijdens de
verwarmcyclus.
5.2.6
Het warm tapwater regelen
#
Code
[A.4.1]
[6-0D]
Warm tapwater Instelpuntstand:
▪ 0
warmhouden is toegestaan.
▪ 1 (Warmh + gprog): Idem als 2, maar
warmhouden is toegestaan tussen de
geplande verwarmcycli.
▪ 2 (Uitsl geprog): De tank voor warm
tapwater kan ALLEEN volgens een
programma opgewarmd worden.
[A.4.5]
[6-0E]
De maximumtemperatuur die gebruikers
kunnen selecteren voor het warm
tapwater. U kunt deze instelling
gebruiken om de temperatuur uit de
warmwaterkranen te beperken.
INFORMATIE
De
kans
bestaat
ruimteverwarmingscapaciteit
comfortproblemen voorkomen (wanneer regelmatig warm
tapwater
bereid
wordt
ruimteverwarmingsonderbrekingen zich voordoen) bij het
selecteren
van
[6‑0D]=0
Instelpuntstand=Uitsl warmhoudn).
5.2.7
Contact/helpdesknummer
#
Code
[6.3.2]
Nvt
Nummer waarnaar gebruikers kunnen
bellen wanneer problemen zich
voordoen.
EHVH04+08S18CBV + EHVH08~16S26CBV
Beschrijving
Snel.
Voorbeeld:
Klein
en
kleine
grote
Beschrijving
(Uitsl
warmhoudn):
Enkel
dat
er
te
weinig
is
en
er
dus
of
regelmatig
langdurige
([A.4.1]
Warm
tapwater
Beschrijving
Daikin Altherma - Lage-temperatuur-Split
4P449977-1B – 2018.02