RCU Start-Stop I Rev. A I Installatiehandleiding
4. Installatie
4.1. In-Cab montage
Als een RCU Start-Stop in de cabine gemonteerd
wordt, dan zal een extra DT-DT/DTM (115-8000-013)
harness gemonteerd moeten worden om de RCU te
voeden en op de CAN-BUS aan te sluiten. Verder is het
belangrijk om de module gemakkelijk bereikbaar te
houden zodat de knoppen gemakkelijk te gebruiken
zijn.
4.2. Werktuig montage
Als een RCU Start-Stop op de machine gemonteerd
wordt, dan moet een Implement Harness met drie
DTM-connectoren (115-8000-146) worden
gemonteerd om de RCU te voeden en op de CAN-BUS
aan te sluiten. Als er op het werktuig geen
DynamIQ/ISO Steering Controller en STU gemonteerd
is, kan een Implement Harness met één DTM-
connector (115-8000-145) gemonteerd worden. Als de
RCU op een bollenplanter wordt gemonteerd is het
belangrijk om de module in het zicht te monteren van
de persoon op de bollenplanter. Zodoende kan
degene zien of de module nog correct werkt (witte
LED brandt) en de knoppen goed kan bedienen.
RCU Start-Stop Installatiehandleiding-NL-Rev. A Pag 13/21