Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Ongelijke Meshoogten Controleren En Corrigeren - Toro Groundsmaster 200 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Groundsmaster 200:
Inhoudsopgave

Advertenties

opmerkt (Figuur 22), moet u het mes vervangen, zie
Het maaimes verwijderen.
1. Snijrand
2. Gebogen deel/vleugel
WAARSCHUWING
Als het mes gaat slijten, kan er een groef
ontstaan tussen de vleugel en het platte deel
van het mes (Figuur 22). Uiteindelijk kan dan
een stuk van het mes afbreken en van onder de
maaikast worden weggeslingerd waardoor de
bestuurder of een omstander ernstig letsel kan
oplopen.
• Controleer op gezette tijden het maaimes op
slijtage of beschadigingen.
• Vervang een versleten of beschadigd mes
door een nieuw Toro mes om er zeker van te
zijn dat de machine altijd veilig kan worden
gebruikt.
3. Controleer de snijranden van alle messen. Als de
snijranden niet scherp zijn of bramen vertonen,
moeten ze worden geslepen. Gebruik een vijl
om de bovenkant van het mes te slijpen en de
oorspronkelijke snijhoek te behouden en te zorgen
dat het mes scherp blijft (Figuur 23). Het mes zal in
balans blijven als dezelfde hoeveelheid metaal aan
beide snijranden wordt weggehaald.
1. Onder oorspronkelijke hoek slijpen
Opmerking: Verwijder de messen en slijp ze
op een slijpmachine, zie Het maaimes verwijderen.
Nadat de snijranden zijn geslepen, monteert u het
Figuur 22
3. Slijtage/groefvorming
4. Scheur
Figuur 23
mes met de antiscalpeercup en de mesbout. De
vleugelen moeten zich aan de bovenzijde van het
mes bevinden. Draai de mesbout vast met een torsie
van 115–149 Nm.
Ongelijke meshoogten
controleren en corrigeren
Als het ene maaidek korter maait dan het andere, kun
u dit als volgt corrigeren:
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak,
breng het maaidek omlaag, stel de parkeerrem in
werking, zet het tractiepedaal in de neutraalstand en
schakel de aftakas uit. Zet daarna de motor af en
verwijder het sleuteltje uit het contact. Zorg ervoor
dat de bandenspanning van alle banden gelijk is.
2. Zet de maaihoogte in de stand van 102 mm, zie
Maaihoogte afstellen.
3. Draai de messen zo, dat de punten met elkaar zijn
uitgelijnd. De punten van naastgelegen messen
moeten zich binnen 3 mm van elkaar bevinden.
Als de punten zich niet binnen 3 mm van elkaar
bevinden, ga dan verder met stap 10 en plaats
opvulstukken tussen de spilbehuizing en de
onderzijde van het maaidek.
4. Controleer of de maaihoogtepennen aan de voorzijde
goed op de framekussens rusten. Als de pennen niet
goed op de kussens rusten, plaats dan een opvulstuk
onder het kussen voor de juiste uitlijning.
5. Plaats alle 3 messen in de stand A (Figuur 24) en
meet vanaf het oppervlak tot de onderzijde van de
punt van elk mes (Figuur 25).
B
A
A
C
1. Meet van de mespunt tot aan het oppervlak.
19
B
B
C
A
Figuur 24
1
Figuur 25
C
G010556
G010557

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Groundsmaster 3320Groundsmaster 3280-d30555

Inhoudsopgave