Inhoudsopgave
Advertenties
Installatie
Gasaansluiting
CV-circuit
Vloerverwarming
Veiligheidsventiel CV-circuit
Afvoerleiding
Aansluiting boiler
Boiler fabrikaat WOLF
Boiler ander fabrikaat
Leidingaansluitingen
indien deze in de wand
worden aangebracht
Leidingaansluitingen
indien deze op de wand
worden aangebracht
Installatie
De gaswandketel mag alleen door een erkende installateur worden geïnstalleerd.
Gaskraan, haaks, indien leidingaansluitingen in de wand zijn aangebracht.
Gaskraan, recht, indien leidingaansluitingen op de wand zijn aangebracht.
Let op:
Het toestel mag met maximaal 150 mbar worden afgeperst.
Bij drukbeproeving van de gasleiding moet de gaskraan
(gaswandketel) gesloten zijn.
De inbouw van een afsluiter op de aanvoer- en retour wordt aanbevolen. Haaks
indien leidingaansluitingen in de wand en recht indien leidingaansluitingen op de
wand. Op het laagste punt van de installatie dient een vul- en aftapkraan te worden
aangebracht. In het geval dat stromingsgeluid optreedt dient extern een overdruk-
ventiel te worden ingebouwd.
Bij het parallel installeren van 2 gaswandketels op één verwarmingssysteem is het
aan te bevelen om per gaswandketel een terugslagklep in de aanvoer op te nemen.
Bij de installatie van vloerverwarming wordt de inbouw van een 3-weg-mengventiel,
uit de uitbreidingsset mengventiel voor de weersafhankelijke regeling, een extra
pomp en, voor extra veiligheid, een maximaalthermostaat aanbevolen.
In de retour dient een regelventiel opgenomen te worden, waarmee zonodig
de overtollige kapaciteit van de extra pomp kan worden beperkt. Tevens moeten het
3-weg-mengventiel en de eventuele thermostaatventielen worden geopend.
Anders is de onberispelijke werking van de doorstroombeveiliging niet gegarandeerd.
Als parallel aan de vloerverwarming een tweede verwarmingscircuit wordt gebruikt,
dan moet dit watertechnisch op het vloerverwarmingscircuit afgestemd worden,
zodat in beide circuits de berekende temperaturen worden bereikt. Regelventielen
mogen door de gebruiker niet versteld kunnen worden.
Het direkt verbinden van een vloerverwarmingscircuit aan de gaswandketel wordt
afgeraden omdat de kapaciteit van het toestel niet volledig kan worden afgegeven.
Bij niet diffusie-dichte buizen is een systeemscheiding dmv een warmtewisselaar
noodzakelijk. Chemische toevoegingen zijn niet toegestaan.
Veiligheidsventiel type H inbouwen. Max. 3 bar!
Als de afvoerleiding van het veiligheids-overstortventiel op de riolering wordt
aangesloten, moet een stankafsluiter worden toegepast.
Als op de gaswandketel een boiler wordt aangesloten, dan moet men het bochtstuk
in de CV-aanvoer vervangen door het WOLF 3-weg-omschakelventiel en de
blindstop in de CV-retour verwijderen.
De aansluitset (WOLF) moet aan het drie-weg-omschakelventiel en aan de retour
van de gaswandketel worden aangesloten.
Elektrische aansluiting zie pag.15.
Boileraanvoer en -retour moeten met het drie-weg-omschakelventiel resp. de retour
van de gaswandketel worden verbonden. Bij toepassing van een ander fabrikaat
boiler moet de WOLF voeler gebruikt worden.
Elektrische aansluiting zie pag. 14.
Indien de leidingen in de wand aangebracht worden kunnen de meegeleverde
boorsjabloon of de montagesjabloon gebruikt worden voor het bepalen van de
posities.
Leidingen voor gas en CV in de wand aanbrengen volgens de meegeleverde
boorsjabloon.
De bochtstukken van de ruwbouwkonsole aan de leidingen solderen.
(Deze bochtstukken kunnen 360° gedraaid worden zodat van uit elke richting
aangesloten worden kan.)
Aansluittoebehoren monteren
Aansluittoebehoren aan de gaswandketel monteren en de leidingen aansluiten.
GG-1E
8
Advertenties
Inhoudsopgave
