2.8
Inregelen van luchtspecificaties
De WHR moet na installatie ingeregeld worden.
400
350
100%
300
90%
250
80%
200
70%
150
60%
100
50%
40%
50
30%
15%
0
0
Dat kan gedaan worden met de bovenstaande lucht-
specificaties van de WHR.
De standaard instellingen van de WHR, nL, zijn:
S
A
TAND
FWEZIG
Stand L
A AG
Stand M
IDDEN
Stand H
OOG
De standaard instellingen van de WHR, HL, zijn
S
A
TAND
FWEZIG
Stand L
A AG
Stand M
IDDEN
Stand H
OOG
Doe het volgende om de WHR (na installatie) in te
regelen:
1. Zet de WHR in het inregelbedrijf.
- Display: Druk minimaal 3 seconden gelijktijdig
op "
" en "
play verschijnt.
- ComfoSense paneel:
a. Druk op OK. In het display staat 8 seconden
lang SHIFT.
b. Druk op MENU voordat de tekst SHIFT weer
verdwijnt. In het display staat nu COMF.
c. Druk op
d. Druk op OK. In het display knippert de tekst
INIT ON.
e. Bevestig met OK. In het display staat 2 se-
conden lang OK.
De tekst INIT is zichtbaar in het hoofdscherm.
NL - 22
50
100
15%
35%
50%
70%
15%
40%
70%
90%
" totdat "lnR" op het dis-
of
om INIT te kiezen.
150
200
3
Qv [m
/h]
In het inregelbedrijf staan de klep van de bypass
en het vorstvrij element altijd dicht. Na 30 minu-
ten schakelt de WHR automatisch weer uit het
inregelbedrijf.
2. Sluit alle ramen en de buitendeuren.
3. Sluit vervolgens alle binnendeuren.
4. Controleer de aanwezigheid van bouwkundige
overstroomvoorzieningen
De bouwkundige overstroomvoorzieningen moe-
ten minimaal 12 cm2 per l/s zijn.
5. Controleer of beide ventilatoren in de drie toe-
rentallen functioneren.
6. Schakel de WHR in het hoge toerental.
7. Plaats alle ventielen en stel de ventielen in vol-
gens de opgegeven instelgegevens of zoals in
de referentiewoning.
8. Wijzig de ventilatorinstellingen in de P-menu's
P30 t/m P37 van de digitale bediening
–
Kies een zo laag mogelijke instelling in ver-
band met het energieverbruik.
–
Zorg ervoor dat de verhouding tussen laag,
midden en hoog gelijk blijven.
gebruik de grafiek met de luchtspecificaties van
de WHR om de ventilatoren in te stellen.
9. Mochten de nu ingestelde luchthoeveelheden
nog teveel afwijken:
–
Regel dan de ventielen na.
10. Controleer nadat alle ventielstanden zijn vastge-
steld, nogmaals de gehele installatie.
11. Schakel de WHR (terug) in ventilatiestand 2.
250
300